DOWNLOAD Harman Kardon AVR 200 Service Manual ↓ Size: 672.53 KB | Pages: 30 in PDF or view online for FREE

20 BEDIENING

Één van de belangrijkste eigenschappen van de
AVR 200RDS is het vermogen een volledig
multikanaal surround geluidsveld te
reproduceren van digitale bronnen, analoge
matrix surround-gecodeerde programma’s en
standaard stereoprogramma’s. In totaal zijn er
zes luistermodes beschikbaar op de AVR 200RDS.

Keuze van een surround mode is gebaseerd op
persoonlijke smaak, alsook op het type
bronmateriaal dat wordt gebruikt. Bijvoorbeeld,
bewegende beelden of tv-programma’s die het
logo van één van de belangrijkste surround-
gecodeerde processen dragen, zoals Dolby
Surround, DTS stereo of UltraStereo, † kunnen
zowel in de Dolby 3 Stereo of Dolby Pro Logic
modes worden afgespeeld, afhankelijk van het
feit of er al of geen achterste speakers
geïnstalleerd zijn.

OPMERKING: als een programma eenmaal
gecodeerd is met surround informatie, behoudt
het die surround matrix zolang als het
programma in stereo wordt uitgezonden. Films
met surround geluid zullen surround informatie
dragen als zij worden uitgezonden via
traditionele TV stations, kabel, pay tv en
satelliettransmissie. Bovendien wordt een
groeiend aantal voor tv gemaakte programma’s,
sportuitzendingen, hoorspelen en muziek CD
opgenomen in surround geluid. U kunt een lijst
van deze programma’s bekijken op de website
van de Dolby Laboratoria www.dolby.com.

Als een programma niet als drager van
opzettelijke surround informatie is aangegeven,
kunnen de Pro Logic of Dolby 2 Stereo modes
vaak omhullende surround presentaties bieden
door het gebruik van natuurlijke informatie die
aanwezig is in alle stereo-opnamen. Hoe dan
ook, voor stereoprogramma’s die geen surround
hebben en voor mono-programma’s, adviseren
wij u de zaal- of theatermodes te gebruiken.

Surround modes worden geselecteerd ofwel via
de bedieningen op het frontpaneel of op de
afstandbediening. Om een surround mode te
selecteren vanaf het frontpaneel drukt u
eenvoudig op de toets die correspondeert met
de gewenste mode Ó Ô  Ò Ú. Om een
surround mode te selecteren met de afstand-
bediening, drukt u op de keuzetoetsen surround
mode 

. Als u op de toetsen drukt, zal de

naam van de surround mode verschijnen in het
hoofdinformatiedisplay N, en een
individuele mode indicator zal gaan branden A
B C D E.

Merk op dat Dolby Digital alleen kan worden
ingesteld als er een digitale ingang gebruikt
wordt. Voor meer informatie over het selecteren
van digitale bronnen, zie de volgende sectie van
deze handleiding.

Om naar een programma te luisteren in
traditionele tweekanaals stereo met alleen de
speakers links voor en rechts voor (plus de
subwoofer die geïnstalleerd en geconfigureerd
is), drukt u op de surround off toets Ù op het
frontpaneel of de Surround Mode toetsen
op de afstandbediening, totdat SURR OFF
verschijnt in het hoofdinformatiedisplay N.

Digitale audio is een van de belangrijkste
vooruitgangen in de systemen in het verleden.
Het geeft vijf discrete kanalen: linksvoor, midden,
rechtsvoor, links surround en rechts surround. Elk
kanaal is full range en biedt een dramatisch
verbeterd dynamisch bereik en belangrijke
verbeteringen in de signaal/ ruisverhoudingen.
Bovendien hebben beide digitale systemen het
vermogen een extra kanaal te leveren dat
specifiek gewijd is aan lage frequentie
informatie. Dit is kanaal “.1” waarnaar verwezen
wordt als u deze systemen beschreven ziet als
“5.1”. Het baskanaal is geheel gescheiden maar
aangezien de bandbreedte opzettelijk beperkt is,
hebben geluidvormgevers het deze unieke
toewijzing gegeven.

Dolby Digital (oorspronkelijk bekend als AC-3®)
is beschikbaar op DVD- en LD-discs en nu ook
op digitale TV-ontvangers, en maakt voorlopig
ook deel uit van de nieuwe high-definition
televisiesystemen (HDTV).

Merk op dat een optionele, externe TF
demodulator vereist is om de AVR 200RDS te
gebruiken om naar Dolby Digital sound tracks te
luisteren op laser discs. Sluit de RF uitgang van
de LD-speler aan op de demodulator en verbind
de digitale uitgang van de demodulator met de
Optische of Coaxiale ingangen fi› van de
AVR 200RDS.

Om de Dolby Digital mode te gebruiken moet u
een digitale bron goed hebben aangesloten op
de AVR 200RDS. Sluit de digitale uitgangen van
de DVD-spelers, HDTV-ontvangers en CD-spelers
aan op de Optische of Coaxiale ingangen op
het achterpaneel fi›. Om te zorgen voor een
reservesignaal en een bron voor analoge stereo
opnamen, moeten de analoge uitgangen op de
digitale bronapparatuur worden verbonden met
de juiste ingangen op het achterpaneel van de
AVR 200RDS (b.v. sluit de analoge stereo audio
uitgang van een DVD aan op de DVD-ingangen
§ op het achterpaneel als u de digitale
uitgangen van de bron aansluit).

Als u een digitale bron laat spelen zoals een DVD,
selecteer dan eerst de analoge ingang (DVD) met
behulp van de afstandbediening of de
bedieningen op het frontpaneel zoals aangegeven
in deze handleiding, om het videosignaal naar de
tv-monitor te zenden en het analoge audiosignaal 

te leveren voor opnemen. Selecteer vervolgens de
digitale bron die verbonden is met een DVD-speler
door op de Keuzetoets digitale ingang u
¯ te drukken en vervolgens de 

‹

›

toetsen

r te gebruiken op de afstandbedieningen of
de keuzetoetsen 34  op het frontpaneel om
één van de OPTICAL of COAXIAL
ingangen te kiezen zoals ze verschijnen op het
hoofdinformatiedisplay N. Druk op de
insteltoets t ˘ om de gewenste keuze in te
voeren. Merk op dat een digitale ingang (b.v.
coaxiaal) gecombineerd blijft met een analoge
ingang (b.v. DVD) zodra hij geselecteerd wordt,
dus de digitale ingang hoeft niet telkens opnieuw
te worden geselecteerd wanneer de juiste keuze
van de ingang (b.v. DVD) gemaakt wordt.

Digitale status
Als er een digitale bron speelt, zal de AVR 200RDS
automatisch vaststellen of er een multikanaal
Dolby Digital bron of een conventioneel PCM
signaal, dat de standaard uitgang van CD-spelers
is, aanwezig is. Met Dolby Digital bronnen zal de
AVR200RDS automatisch overschakelen naar de
Dolby Digital mode en kan er geen andere mode
worden geselecteerd, tenzij de kanaal mode 2/0
gedecodeerd wordt, zie hieronder. Het is echter
belangrijk op te merken dat niet alle Dolby Digital
bronnen gecodeerd zijn met het volledige
complement van de vijf kanalen plus LFE. Als er
een Dolby Digital bron speelt, zal het hoofdinfor-
matiedisplay N veranderen om de naam van
de ingangsbron (b.v. DVD) aan te geven, gevolgd
door een cijfertoets die het type en het aantal
kanalen aangeeft dat gedecodeerd wordt,
bijvoorbeeld als volgt:

3/2.1:

deze melding verschijnt als een

volledig complement van Dolby Digital
signalen aanwezig is: drie frontkanalen (links,
midden en rechts), 2 surround kanalen
(surround links en surround rechts) en “1”
kanaal, dat gewijd is aan het Low Frequency
Effects (LFE) kanaal.

3/1:

deze melding geeft aan dat het

systeem een signaal decodeert met kanalen
linksvoor, midden en rechtsvoor, en een
afzonderlijk mono surround kanaal.

2/0:

deze melding geeft aan dat het systeem

een traditioneel tweekanaals stereosignaal
decodeert. Deze code wordt vaak gebruikt met
Dolby Digital DVD’s, in het bijzonder met niet-
originele talen. Aangezien deze twee kanalen
Pro Logic surround informatie kunnen bevatten,
schakelt de AVR 200 RDS automatisch over naar
de Pro Logic mode, maar u kunt handmatig
overschakelen naar de Dolby Digital mode om
alleen naar de zuivere kanalen links- en
rechtsvoor te luisteren zonder surround effect.

1/0:

dit is een monauraal signaal dat

alleen door de middenkanaal speaker speelt.
Er is geen geluid op de speakers linksvoor,
rechtsvoor en de surround speakers.

BEDIENING  21

DOLBY DIGITAL

Alleen beschikbaar met digitale ingangsbronnen die gecodeerd zijn met Dolby Digital data.

Midden: 0 ms – 5 ms;

Het biedt tot vijf hoofd-audiokanalen en een speciaal kanaal voor Low-Frequency Effects

Surround: 0 ms – 15 ms

DOLBY PRO LOGIC

De standaard mode voor analoge surround sound-decodering. Het gebruikt informatie die 

15 ms – 30 ms

gecodeerd is in een tweekanaals stereo- opname om vier verschillende uitgangen te 

Aanvankelijke instelling = 20 ms

produceren: links, midden, rechts en een mono surround kanaal. Gebruik deze mode voor 
nauwkeurige reproductie van programma’s die de Dolby Surround, DTS stereo, UltraStereo 
of andere “Surround” logo’s dragen. Surround-gecodeerde programma’s omvatten films op 
videocassette, DVD en LD, tv- en kabelprogramma’s, radioprogramma’s en audio CD’s.
Verwerking van Dolby Pro Logic kan ook worden gebruikt om een aangenaam surround 
effect te verkrijgen met sommig stereo geluidsmateriaal dat geen surround-codering draagt.

DOLBY 3 STEREO

Gebruikt de informatie die bevat wordt door een surround-gecodeerd of tweekanaals 

Geen surround kanalen

stereoprogramma om middenkanaal informatie te creëren. Bovendien wordt de informatie 
die gewoonlijk naar de achterkanaal surround speakers wordt gezonden zorgvuldig gemixt 
met de kanalen linksvoor en rechtsvoor, voor een nog beter realisme. Gebruik deze mode 
wanneer u een middenkanaal speaker heeft maar geen surround speakers.

HALL

Deze mode is aangewezen voor gebruik met mono- of stereo-opnamen en zorgt voor een 

Vaste vertraging, niet verstelbaar.

geluidsveldeffect dat de complexe combinatie van directe en weerkaatste geluiden nabootst,
die de rijke, galmende sfeer van een concertzaal schept.

THEATER

Deze mode gebruikt matrix surround decodering om een standaard film of theaterpodium 

Vaste vertraging, niet verstelbaar.

na te bootsen met mono- of stereo opnamen

STEREO

Deze mode schakelt alle surround bewerkingen uit en geeft zuiver de presentatie van 

Geen surround kanalen.

de kanalen links- en rechtsvoor van tweekanaals stereoprogramma’s, waarbij alle digitale 
signaalprocessors worden omlopen

Nachtmode 
Een speciale eigenschap van Dolby Digital is de
nachtmode, die het Dolby digital bronnen
mogelijk maakt af te spelen met volledige
digitale begrijpelijkheid terwijl het maximum
piekniveau wordt verminderd van 1/4 tot 1/3.
Zodoende wordt voorkomen dat abrupte harde
overgangen anderen storen zonder dat de
impact van een digitale bron wordt verminderd.
De nachtmode is alleen beschikbaar als de DVD
ingang en de Dolby Digital mode zijn
geselecteerd.

Om de nachtmode in te schakelen drukt u op de
Night-toets e op de afstandbediening, zodat
de NIGHT mode indicator Q zal gaan
branden in het informatiedisplay.

Merk op dat deze toets het display niet kan
dimmen zolang de DVD en de Dolby Digital
mode actief zijn.

BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER
DIGITAAL AFSPELEN:
1. Als de digitale afspeelbron gestopt wordt, of
in een pauze- snel-vooruit of zoekmode wordt
gezet, zal de digitale audio data tijdelijk
stoppen, zodat de melding NO DATA
verschijnt op het hoofdinformatiedisplay N.
Dit is normaal en wijst niet op een probleem met
de AVR 200RDS of het bronapparaat. De AVR
200RDS zal terugkeren naar digitaal afspelen
zodra de data beschikbaar zijn en als het
apparaat in de standaard afspeelmode is.

2. Hoewel de AVR 200RDS virtueel alle DVD-
films, CD’s en HDTV-bronnen zal decoderen, is
het mogelijk dat sommige toekomstige digitale
bronnen niet compatibel zullen zijn met de AVR
200RDS.

3. Niet alle Dolby Digital programma’s bevatten
5.1 kanaal audio. De AVR 200RDS zal
automatisch vaststellen welk type digitaal
surround codering wordt gebruikt, en dit
aangeven op het display van het frontpaneel (zie
pag. 20) en zich hierop instellen.

4. Als een Dolby Digital bron speelt, is het niet
mogelijk analoge audio opnamen te maken met
de opnameuitgangen Tape ª en Video 1 °,
als de bron alleen is aangesloten op een digitale
ingang van de AVR 200RDS. Maar het analoge
tweekanaal signaal van die bron, de “Down-
mix” naar stereo of Dolby Surround, kan worden
opgenomen door de analoge audio uitgangen
hiervan aan te sluiten op de juiste analoge
ingangen (b.v. DVD) van de AVR 200RDS, ook
als de digitale ingang van de AVR 200RDS
geselecteerd blijft.

PCM Audio afspelen
PCM (Puls Code Modulation) is het niet-
gecomprimeerde digitale audiosysteem dat
gebruikt wordt voor compact discs, Non-Dobly
Digital Laserdiscs en sommige speciaal PCM
gecodeerde DVD’s. De digitale circuits in de AVR
200RDS zijn in staat tot digitaal-naar-analoog
opnemen van hoge kwaliteit, en zij kunnen
rechtstreeks worden verbonden met de digitale
audio-uitgang van uw CD- of LD-speler. (LD
alleen voor PCM-programma’s, voor Dolby Digital
discs is een RF-adapter nodig, zie pag.20).

22 BEDIENING

Aansluitingen kunnen worden uitgevoerd op de
Optische of Coaxiale ingangen fi › op het
achterpaneel.

Om naar een PCM digitale bron te luisteren
moet eerst de ingang voor de gewenste bron
worden geselecteerd (b.v. CD) om het video-
signaal (indien aanwezig) te voeden naar de tv
monitor en het analoge audiosignaal ervan te
leveren voor opnemen. Druk vervolgens op de
Digitale keuzetoets ¯ u en gebruik
vervolgens de 

‹

›

toetsen r op de afstand-

bediening of de keuzetoetsen 34  op het
frontpaneel totdat de gewenste keuze van
OPTICAL

of COAX op het hoofd-

informatiedisplay N verschijnt. Druk op de
insteltoets t ˘ om de gewenste keuze in
te voeren.

Als er een PCM-bron speelt, verschijnt de
ingangsbron (b.v. VID 1) op het hoofdinforma-
tiedisplay N met de tekst PCM erachter.
Tijdens het afspelen van PCM kunt u elke
surround mode kiezen, behalve Dolby Digital.

De tuner van de AVR 200RDS is in staat om af te
stemmen op AM (MW), FM- en FM stereo-
zendstations. Zenders kunnen met de hand
worden afgestemd of kunnen worden opgeslagen
als favoriete zenders en kunnen worden
opgeroepen uit het geheugen met 30 plaatsen.

Selectie van de zender
1. Druk op de AM/FM toets % b om de
tuner als input te selecteren.

2. Druk opnieuw op de AM/FM toets % b om
over te schakelen tussen AM en FM, zodat de
gewenste frequentieband geselecteerd wordt.

3. Om een zender handmatig te selecteren,
drukt u op de afstemmingstoetsen ^ l r
om omhoog of omlaag te bewegen door de
frequentiebanden met één eenheid per keer. Blijf
de toetsen indrukken totdat de indicator TUNED
M gaat branden voor de frequentie van de
gewenste zender.

OPMERKING: de FM mode toets ( f
moet worden ingedrukt totdat de MONO
indicator gaat branden op het display om alle
zwakke stations hoorbaar te maken, anders zal
hun geluid worden onderdrukt

4. Om automatisch af te stemmen op de volgende
zender met een signaal dat een aanvaardbare
ontvangst biedt, drukt u op de afstemmings-
toetsen ^ l

en houd u hen een seconde

ingedrukt alvorens hen los te laten. De tuner zal
dan automatisch het volgende station opzoeken
dat een voldoende sterk signaal heeft voor goede
ontvangst, en daar stoppen. Druk op de toetsen
en houd hen weer ingedrukt om het proces te
herhalen en een andere zender te zoeken.

5. Er kan ook rechtstreeks worden afgestemd op
zenders door op de Direct toets x te
drukken op de afstandbediening en vervolgens
op de cijfertoetsen o die corresponderen
met de zendfrequentie. Er zal automatisch
worden afgestemd op de gewenste zender.

OPMERKING: als de FM-ontvangst van een
zender zwak is, zal de audio kwaliteit verbeteren
door overschakeling naar de Mono mode door
op de FM mode toets ( f te drukken,
totdat de STEREO indicator K uitgaat.

Afstemming op vastgelegde zenders
Er kunnen tot 30 zenders worden opgeslagen in
het geheugen van de AVR 200RDS om hen
gemakkelijk te kunnen oproepen met behulp van
de bedieningen op het frontpaneel of op de
afstandbediening.

Om een zender op te slaan in het geheugen,
stemt u eerst af op de zender met de hierboven
beschreven stappen, en vervolgens:

1. Druk op de geheugentoets w op de
afstandbediening. De indicators MEMORY J
en PRESET I zullen gaan branden en
knipperen in het informatiedisplay.

2. Druk binnen vijf seconden op de cijfer-
toetsen o die corresponderen met de locatie
waarop u deze zendfrequentie wilt opslaan.

3. Als MEMORY J uitgaat en de andere
indicators stoppen met knipperen, is de zender
ingevoerd in het geheugen van de tuner.

4. Herhaal het proces voor verdere zenders die u
vast wilt leggen.

Auto Preset
• Vastgelegde zenders kunnen ook automatisch
worden geprogrammeerd voor de FM-band. Om
elk station met een acceptabele geluidskwaliteit
waarop afgestemd kan worden automatisch in
te voeren in de geheugens van vastgelegde
zenders in de AVR 200 RDS, moet eerst de FM
band worden geselecteerd. Druk vervolgens op
de toets 

›

/UP i op de afstandbediening, de

indicators MEMORY en PRESET beginnen te
knipperen op het display en een knipperende
melding AUTO PRESET zal verschijnen.
Terwijl deze melding knippert (5 seconden), druk
op de toets 

—

op de afstandbediening.

Merk op dat de tuner de hele FM band zal
afzoeken, en kort zal stoppen op elke zender
met een acceptabele signaalsterkte. De AVR 200
RDS zal automatisch een nummer toewijzen aan
elk station, en vervolgens de volgende zender
zoeken, terwijl de melding op het display zal
afwisselen tussen AUTO PRESET en IN
PROGRESS

. Het automatische scanproces

zal stoppen als alle 30 de geheugenplaatsen
voorzien zijn van een vastgelegde zender of de
hele FM-band drie maal is gescand of de 

›

toets i of de 

—

/FF toets op 

de

afstandbediening opnieuw worden ingedrukt.

OPMERKING: als de automatische
afstemmingsmodus wordt gebruikt in gebieden
met meer dan 30 FM-zenders, zal het geheugen
helemaal worden gevuld, en de eerder
opgeslagen AM- of FM-zenders overschrijven.

TIP: het automatische scanproces kan zenders
invoeren die u niet in het geheugen wilt houden,
of kan hetzelfde station opslaan op meer dan
één frequentie. Deze ongewenste zenders
kunnen uit het geheugen worden verwijderd
met behulp van de Wisfunctie van vastgelegde
zenders, die verderop wordt beschreven.

Oproepen van vastgelegde zenders
• Om een eerder in het geheugen vastgelegde
zender met de hand te selecteren, drukt u op de
cijfertoetsen o die corresponderen met de
locatie van het gewenste station in het
geheugen.

• Om handmatig de lijst van opgeslagen
vastgelegde zenders één voor één af te zoeken,
drukt u op de toetsen van de vastgelegde
zenders * n ` op het frontpaneel of op de
afstandbediening.

• Om automatisch door de in het geheugen
opgeslagen zenders te scannen drukt u op de
Preset scan toets & op het frontpaneel or the
DISC SCIP/PS button g on the remote. De
tuner zal de lijst van vastgelegde zenders
doorlopen, en op elke zender vijf seconden
stoppen. Druk de toets weer in om het scannen
te stoppen op uw gewenste zender.

Wissen van vastgelegde zenders
Om een vastgelegde zender uit het geheugen
van de tuner te wissen, volgt u deze stappen:

• Stem af op de vastgelegde zender die u uit het
geheugen wilt verwijderen, met behulp van één
van de methodes die op deze bladzijde
beschreven worden.

• Druk op de Geheugen/programma-toets w
en houd hem kort ingedrukt, de MEMORY J
en PRESET I indicators gaan knipperen.

• Druk binnen vijf seconden op de CLEAR-toets
v, CLEAR verschijnt op het
hoofdinformatiedisplay N, gevolgd door het
nummer van het vastgelegde geheugennummer
dat gewist wordt.

• De tuner zal nu terugkeren naar zijn normale
werking.

• Het vastgelegde geheugennummer dat gewist
is, is dan “leeg” en kan zo gelaten worden of
worden toegekend aan een andere zender.

BEDIENING  23

De AVR 200 RDS is uitgerust met RDS (Radio
Data System), dat een breed scala aan
informatie biedt aan FM radio. Het RDS is nu in
gebruik in vele landen, en is een systeem voor
het zenden van oproeptekenen van zenders of
netwerkinformatie, een beschrijving van het
type programma van de zender,
tekstboodschappen over de zender of
specificaties van muziekkeuzes en de juiste tijd.

Aangezien steeds meer FM-zenders RDS-
capaciteiten hebben, zal de AVR 200 RDS
dienen als een gemakkelijk te gebruiken
centrum voor zowel informatie als amusement.
Dit hoofdstuk zal u helpen het RDS-systeem
maximaal te benutten.

RDS afstemming
Als er wordt afgestemd op een FM-zender en
het bevat RDS-gegevens, zal de AVR 200RDS
automatisch de identificatie van de zender
weergeven en zal er een RDS indicator branden
voor het programmatype (PTY), de kloktijd (CT)
en radiotekst (RT) als dat door de zender wordt
uitgezonden.

RDS Display opties
Het RDS systeem is in staat een breed aanbod
aan informatie uit te zenden als aanvulling op
de aanvankelijke zenderidentificatie dat
verschijnt wanneer voor het eerst op de zender
wordt afgestemd. Bij normale RDS bediening zal
het display de naam van de zender,
zendernetwerk of oproepletters weergeven.
Door op de toets RDS Display

op de

afstandbediening te drukken kunt u door de
verschillende types gegevens gaan, in deze
volgorde:

• de naam van het station (bij sommige
particuliere zenders ook andere informatie)

• de zendfrequentie

• het type programma (PTY) zoals aangegeven
in de lijst in deze handleiding

• Een “tekst” boodschap met speciale
informatie van het zendstation. Merk op dat
deze boodschap over het display kan scrollen
om meldingen die langer zijn dan 8 tekens te
kunnen lezen. Afhankelijke van de kwaliteit van
het signaal kan het tot 30 seconden duren
voordat de tekstboodschap verschijnt, in de
tussentijd knippert het woord TEXT op het
display.

• De huidige tijd zoals die door de zender wordt
uitgezonden. Het kan tot 2 minuten duren
voordat de tijd verschijnt. In de tussentijd zal
het woord TIME knipperen in het display. Let
op, de nauwkeurigheid van de tijdmelding
wordt ingesteld door het radiostation, niet door
de AVR 200RDS.

• Sommige RDS-stations kunnen sommige van
deze extra eigenschappen uitsluiten. Als de
gegevens die nodig zijn voor de geselecteerde
mode niet voorhanden zijn, zal op het display
35  de melding NO TEXT of NO TIME
verschijnen.

• In elke FM mode vereist de RDS-functie een
voldoende sterk signaal om goed te kunnen
werken. Als u een gedeeltelijke boodschap
ontvangt of één van de indicatoren RDS,
PTY

, CT of RT aan en uit gaan, probeer dan

langzaam de antenne bij te stellen om de
signaalsterkte te verbeteren of stem af op een
ander, sterker, RDS-station.
• Merk op dat er geen RDS-service kan worden
weergegeven op alle zenders die niet sterk
genoeg zijn om de indicator TUNED op het
display te laten branden.