DOWNLOAD Harman Kardon AVR 335 (serv.man12) Service Manual ↓ Size: 908.58 KB | Pages: 50 in PDF or view online for FREE

Model
AVR 335 (serv.man12)
Pages
50
Size
908.58 KB
Type
PDF
Document
User Manual / Operation Manual
Brand
Device
Audio
File
avr-335-sm12.pdf
Date

Harman Kardon AVR 335 (serv.man12) User Manual / Operation Manual ▷ View online

SYSTEEMCONFIGURATIE  25
Systeemconfiguratie
8. Druk op 
/
E& op de afstandsbe-
diening om de optie te selecteren die best uw 
systeem omschrijft.
De beschikbare keuzes voor de opstelling van de
subwoofer worden bepaald door de instellingen
voor de andere luidsprekers, vooral de front links
en rechts posities. Wanneer de front links/rechts
luidsprekers op 
SMALL
staan wordt de sub-
woofer automatisch op 
SUB
gezet, wat bete-
kent dat deze actief is. Wanneer de front links/
rechts luidsprekers op 
LARGE
staan, zijn drie
opties beschikbaar:
• Is geen subwoofer aangesloten op de AVR,
druk dan op 
/
E& op de afstandsbedie-
ning, zodat 
NONE
in het in-beeld menu ver-
schijnt. Wordt deze optie gekozen, dan wordt alle
laag informatie naar de front links/rechts ‘hoofd-
luidsprekers’ gestuurd.
• Is wel een subwoofer aangesloten op de AVR,
dan bestaat de optie de front links/rechts ‘hoofd’
luidsprekers het laag in alle gevallen te laten
weergeven en de subwoofer alleen te activeren
wanneer de AVR wordt gebruikt met een digitale
bron die een speciaal Low Frequency Effects, of
LFE geluidsspoor omvat. Dan kunnen zowel de
hoofdluidsprekers als de subwoofer gebruikt
worden voor het speciale laag van bepaalde
films. Die optie wordt gekozen door op 
/
E& op de afstandsbediening te drukken
zodat 
LFE
(LFE) in het in-beeld menu verschijnt.
• Wanneer een subwoofer is aangesloten en
deze wordt gebruikt voor de laagweergave in
combinatie met de hoofdluidsprekers front
links/rechts, ongeacht het type programmabron
of de gekozen surroundfunctie, druk dan op 
/
E& op de afstandsbediening waarop
L/R+LFE
in het in-beeld menu verschijnt.
Wordt deze optie gekozen, dan gaat een breed-
band signaal naar de front links en rechts hoofd-
luidsprekers. De subwoofer ontvangt de front
links en rechts lage frequenties beneden de wis-
selfrequentie, die in het volgende item in dit
menu wordt gekozen, als hierna beschreven, en
tevens het LFE signaal.
9. Wanneer alle luidsprekerformaten zijn inge-
steld kunt u de Quadruple Crossover van de AVR
activeren, waarmee verschillende wisselfilter
instellingen voor elke luidspreker die op 'small' is
ingesteld, kunnen worden gekozen.
Heeft u de EzSet+ metingen en berekeningen al
uitgevoerd dan verschijnen de daar gevonden
waarden. Geen verdere correctie is nodig tenzij u
een specifiek item wilt veranderen en aan uw
eigen smaak wilt aanpassen of een niet-stan-
daard systeem opzet.
Het wisselpunt wordt bepaald door het ontwerp
van de gebruikte luidsprekers en is de laagste
frequentie die deze luidspreker kan weergeven.
Voordat u iets aan de instellingen voor het
crossoverpunt verandert, raden we u aan de wis-
selfrequentie voor elk van de drie groepen –
front links/rechts, centrum front, en surround –
door deze op te zoeken in desbetreffende hand-
leidingen, op de website van de fabrikant of via
de servicedienst. U heeft deze gegevens nodig bij
de volgende instellingen.
De op de fabriek ingestelde standaardwaarde
voor alle kanalen is 100 Hz. Mocht deze waarde
acceptabel zijn, dan kunt u deze instelling over-
slaan. Wilt u echter één van deze instellingen wij-
zigen, druk dan op 
D zodat de cursor naar
boven gaat in het overzicht van de opties. Druk
op 
/
E& zodat 
X-OVER
gemarkeerd
wordt en de menu data veranderen als aange-
geven in afbeelding 10.
Afbeelding 10
Om de instelling van elk van de drie groepen
Links/Rechts, Centrum of Surround, te kunnen
veranderen, drukt u op 
/
¤ 
D tot de cursor
op de regel staat waar u iets wilt wijzigen en ver-
volgens drukt u op 
/
E& tot de gewenste
instelling verschijnt. De beschikbare wisselfre-
quenties waar beneden de lage frequenties naar
de subwoofer worden gestuurd (of naar de front
links/rechts luidsprekers wanneer de subwoofer
op OFF staat) en niet naar het luidsprekerkanaal,
zijn 40, 60, 80, 100, 120 en 200 Hz. Kies de fre-
quentie die overeenkomt met de informatie die u
over uw luidsprekers heeft gevonden, of, wan-
neer een exacte overeenkomst niet voorhanden
is, de waarde die het dichtst BOVEN de gewenste
wisselfrequentie of laagfrequent limiet ligt. Dit
om een ‘gat’ in het laag te voorkomen, omdat
het systeem daar geen laag geeft.
Wanneer 
LARGE
is gekozen voor de front luid-
sprekers en 
L/R+LFE
als optie voor de sub-
woofer, wordt het geluid voor de front kanalen
beneden de voor de L/R front luidsprekers geko-
zen wisselfrequentie (wanneer voor front “Small”
– klein – is gekozen), naar zowel de front luid-
sprekers als de subwoofer gestuurd.
Wanneer alle luidsprekers op 
LARGE
– groot –
zijn gekozen zal de wisselfrequentie voor de front
luidsprekers (kiesbaar wanneer deze op “Small”
– klein – staan) alleen effect hebben op het LFE
signaal en het laag van de front luidsprekers voor
de subwoofer (mits de sub op L/R+LFE staat, zie
hiervoor). In dat geval dient de standaard waarde
van 100 Hz als wisselfrequentie voor de L/R front
aangehouden te worden (kiesbaar indien
“Small” is gekozen), als aangegeven *en gemar-
keerd met *) achter de 
LEFT/RIGHT
regel
in het luidspreker opzetmenu wanneer de 
X-OVER optie is gekozen.
Denk er aan dat de wisselfrequentie voor de sur-
round luidsprekers en de surround achter luid-
sprekers identiek is. Daarom is er geen wisselfre-
quentie voor de achter surround luidsprekers te
kiezen of aangegeven.
Belangrijk: alle instellingen voor de wisselfre-
quenties zijn “Global”, d.w.z. dat ze identiek zijn
voor alle ingangen, ongeacht of de BASSMA-
NAGER (zie boven) op “GLOBAL” of  “INDEPEN-
DENT” is ingesteld.
10. Wanneer alle luidsprekerkeuzes zijn gemaakt
drukt u op 
¤
D tot de cursor op de regel
BACK T O MASTER MENU
staat de druk
vervolgens op instellen
F om terug te gaan
naar het hoofdmenu.
11. De luidsprekerinstelling kan op elk moment
gewijzigd worden zonder het Full-OSD (volledig)
menu in beeld op te roepen, door opluidspre-
kerkeuze 
6 op het frontpaneel of op 
' op
de afstandsbediening. Nadat de toets is inge-
drukt verschijnt 
FRONT SPEAKER
onderin
het beeld en in de display ˜.
Druk nu binnen vijf seconden op 
/
7 op de
voorzijde of op 
/
¤
D op de afstandsbedie-
ning om een andere luidsprekerpositie te kiezen,
of druk op instellen @
F om de instelling
van de front luidsprekers links en rechts te
wijzigen.
Nadat op instellen @
F is gedrukt en het
systeem gereed is voor het wijzigen van de
instelling voor de front luidsprekers, geven de in-
beeld display en de display ˜
FRONT
LARGE
of 
FRONT SMALL
aan, afhankelijk
van de huidige instelling. Druk op 
/
7 op de
voorzijde of op 
/
¤
D op de afstandsbedie-
ning tot de gewenste instelling wordt aangege-
ven, gebruik makend van de eerder gegeven aan-
wijzingen omtrent ‘grote’ en ‘kleine’ luidsprekers,
en druk dan op instellen @
F.
Indien nog een ander luidsprekerpositie dient te
worden gewijzigd, drukt u op 
/
7 het front-
paneel of op 
/
¤
D op de afstandsbedie-
ning om een andere luid-sprekerpositie te kiezen,
vervolgens drukt u op instellen @
F en dan
op het frontpaneel, of op 
/
7 op het front-
paneel, of op de 
/
¤
D op de afstandsbe-
diening tot de gewenste luidsprekerpositie wordt
aangegeven, en tenslotte weer op instellen
@
F om de keuze te bevestigen.
Om u te helpen bij het maken van deze instellin-
gen veranderen de indicaties luidspreker/
kanaal functie 
$ telkens wanneer een luid-
sprekertype voor een bepaalde positie kiest. Licht
alleen het binnenste symbool op dan is op
SMALL ingesteld. Wanneer het middelste vakje
en de twee buitenste vakjes met cirkeltjes erin
verlicht zijn, dan is de luidspreker op LARGE
ingesteld. Wanneer geen indicatie voor een luid-
sprekerpositie verschijnt, dan is die positie op
NONE of ‘geen luidspreker’ ingesteld.
* *   S P E A K E R   S E T U P   * *
M O D E             : X - O V E R
L E F T / R I G H T : 1 0 0 H Z
C E N T E R         : 1 0 0 H Z
S U R R O U N D     : 1 0 0 H Z
S U R R   B A C K   : 1 0 0 H Z   M A I N
L F E               : L E F T / R I G H T
B A S S   M G R     : G L O B A L
B A C K   T O   M A S T E R   M E N U
26 SYSTEEMCONFIGURATIE
Opmerking: deze iconen zijn alleen beschik-
baar bij het maken van wijzigingen in de opzet
zonder de volledige in-beeld display.
Bijvoorbeeld, in de afbeelding hieronder staan
alle luidsprekers op ‘large’ (groot) en een sub-
woofer is gekozen.
Instelling vertraging
Vanwege de verschillende afstanden tussen de
luisterpositie tot de front luidsprekers en de sur-
round luidsprekers, is ook de tijd die het geluid
nodig heeft om uw oren te bereiken verschillend.
Door gebruik te maken van de vertraging kun-
nen deze verschillen in luidsprekerpositie en
kamerakoestiek in uw luisterruimte of home
theater gecompenseerd worden.
Heeft u het systeem al gekalibreerd met EzSet+
dan staan de aangegeven vertragingen voor de
metingen van het EzSet+ systeem.
Geen verdere correctie is nodig tenzij u een
specifiek item wilt veranderen en aan uw eigen
smaak wilt aanpassen of een niet-standaard sys-
teem opzet. Om de instelling te veranderen volgt
u de aanwijzingen hieronder om de afstand
tussen de plaats van de luidspreker en de hoofd
luisterpositie in te voeren. Deze meting hoeft
niet op de centimeter nauwkeurig te zijn daar
het systeem zich richt op de algehele indruk,
meer dan op de exacte plaats.
Naast het corrigeren van de vertragingstijd voor
elke afzonderlijke luidsprekerpositie, kan bij de
AVR als een der weinige A/V receivers, ook de
vertraging voor alle luidsprekers van een groep
gecorrigeerd worden. Deze functie heet A/V Sync
Delay en compenseert voor vertragingen in het
videobeeld die kunnen ontstaan door vertragin-
gen in digitale videoschermen, video scalers, digi-
tale kabel- of satellietsystemen en videorecorders.
Met de juiste correctie van de A/V Sync Delay
kunt u het lipsynchroon lopen van beeld en geluid
in digitale videotoepassingen herstellen.
Hoewel EzSet+ de vertragingen voor de indi-
viduele luidsprekerposities zeer nauwkeurig
berekent, kunnen de instellingen voor A/V Sync
Vertraging alleen met de hand worden ingesteld
daar het noodzakelijk is het programmamateri-
aal in beeld te bekijken tijdens het instellen van
de vertraging voor desbetreffende bron. Hoewel
dus EzSet+ is gebruikt voor de overige instellin-
gen van de vertraging, dient de A/V Sync
Vertraging als hieronder beschreven te worden
ingesteld.
Om de front, centrum en surround kanalen
opnieuw te synchroniseren is het nodig eerst de
afstand van de luister/kijk positie naar de front,
centrum, surround en surround achter luid-
sprekers (indien aanwezig) in meters te meten
en te noteren.
De vertraging voor alle luidsprekers van uw sys-
teem zal alleen beschikbaar zijn (bij 5.1 of
6.1/7.1 configuratie) wanneer een Dolby sur-
round functie is gekozen (uitgezonderd Dolby 3
stereo). Bovendien kunnen deze alleen bij deze
functies gekozen worden; bij alle andere liggen
de tijden vast.
Denk er aan dat de vertraging voor alle ingan-
gen 'Global' zijn bij deze Dolby functies en niet
voor elke ingang herhaald behoeven te worden.
Om de vertraging te kunnen instellen eerst een
ingang kiezen die gekoppeld is aan een Dolby
functie. Vervolgens gaat u verder met het 
MASTER MENU
(Afb. 1). Staat het systeem
nog niet in dat menu, druk dan op in-beeld dis-
play
L om het hoofdmenu op te roepen. Druk
driemaal op 
¤
D of tot de in-beeld cursor 
bij
DELAY ADJUST
(instellen vertraging) staat.
Druk op instellen
F om het menu op te 
roepen.
Afbeelding 11
Ga nu met de cursor 
naar de regel 
UNIT
en
kies de gewenste eenheid voor afstand, feet of
meter. Druk nu op 
/
E& tot de juiste
afstand van de centrum luidspreker tot de luis-
terpositie wordt aangegeven. Vervolgens drukt u
eenmaal op 
¤
D om naar de volgende regel
te gaan.
Wanneer u op enig moment de vertragingen in
de standaard instellingen wilt terugzetten ver-
plaats de cursor 
dan met 
/
¤
D naar de
regel 
DELAY RESET
en druk op 
/
E& zodat 
OFF
(uit) verschijnt. De fabrieks-
instelling, zie afbeelding 10, wordt dan hersteld.
Met de cursor 
wijzend naar CEN, drukt u op
/
E& tot de afstand tussen de center
luidspreker en de luisterpositie wordt aangege-
ven. Herhaal de procedure voor alle actieve luid-
sprekerposities door met 
¤
D naar de vol-
gende positie te gaan en met
/
E& de
instelling te veranderen. Denk er aan dat alleen
de luidsprekerposities in het 
SPEAKER
SETUP
menu die op 
LARGE
(groot) of
SMALL
(klein) zijn gezet, als aangegeven op
pagina 23, ingesteld kunnen worden. De drie
punten achter de luidsprekerpositie geven aan
dat geen luidspreker actief is voor die positie.
Zijn instellingen voor de vertragingen gemaakt,
druk dan eenmaal op 
¤
n zodat de cursor
terug gaat naar 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar hoofdmenu) en druk op instellen
BACK T O MASTER MENU
om naar
MASTER
terug te gaan.
Om de A/V Sync Delay in te stellen drukt u op
/
¤
Navigatie
D zodat de ➞ cursor op de
regel A/V Sync Delay staat en u drukt op 
/
Navigatie
E& om het geluid zo te vertra-
gen dat het synchroon loopt met het beeld.
Heeft u echter een digitale videobron of een
digitaal beeldscherm waardoor e.e.a. niet meer
lipsynchroon is, kunt u de A/V Sync correctie
gebruiken om het audiosignaal dat naar alle
kanalen gaat te vertragen (in tegenstelling tot
de individuele instellingen), zodat beeld en
geluid weer synchroon lopen. Wij raden u aan
deze instelling te maken met de directe instellin-
gen op de afstandsbediening als hieronder aan-
gegeven. Zo kunt u dan het beeld zien terwijl u
corrigeert; het is echter ook mogelijk de
instelling in het menu te maken.
De vertraging kan op elk moment tijdens het 
kijken via de afstandsbediening worden 
gecorrigeerd door op Vertraging
%. De A/V
Sync Vertraging is de eerste en kan worden
gecorrigeerd door binnen 5 seconden op Set
% te drukken nadat 
A/V SYNC DELAY
in beeld en op de onderste regel van de display
˜ verschijnt. Druk dan op 
/
E& om de
gewenste instelling van de vertraging in te voe-
ren zodat audio en video synchroon lopen.
Druk nogmaals op Setp om de instelling te
openen.
Denk er aan dat de A/V Sync vertraging voor
elke videobron anders is en dat dus verschillende
instellingen voor alle aangesloten apparaten op
de Video 1, 2, 3 en 4 ingangen.
Om een van de afzonderlijke luidspreker posities
direct te wijzigen drukt u op Luidsprekerkeuze
% en dan op 
/
¤
Dom de gewenste posi-
tie te kiezen zodra de naam in beeld en in de
onderste regel van de display ˜ verschijnt.
Wanneer de naam van de luidsprekerpositie die
u wilt corrigeren verschijnt, drukt u binnen 5
seconden op Set p. Druk op 
/
E& om
de gewenste vertraging voor die luidspreker in te
voeren en druk op Set p om deze vast te leg-
gen. Dan kunt u met 
/
¤
D om een andere
positie te kiezen, of wacht vijf seconden waarna
het systeem naar normaal gebruik terugkeert.
Zijn instellingen voor de vertragingen gemaakt,
druk dan eenmaal op 
¤
D zodat de cursor
terug gaat naar 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar hoofdmenu) en druk op instellen
BACK T O MASTER MENU
om naar 
MASTER
terug te gaan.
    *   D E L A Y   A D J U S T   *
F L   : 1 0   F T     S B R : 1 0   F T
C E N : 1 0   F T     S B L : 1 0   F T
F R   : 1 0   F T     S L   : 1 0   F T
S R   : 1 0   F T     S U B : 1 0   F T
D E L A Y   R E S E T :   O F F
U N I T :   F E E T  
A / V   S Y N C   D E L A Y   :   0 m S
B A C K   T O   M A S T E R   M E N U
Systeemconfiguratie
SYSTEEMCONFIGURATIE 27
Systeemconfiguratie
Instellen uitgangsniveau
Het instellen van de uitgangsniveaus is een
belangrijk onderdeel van het configuratieproces
bij een surround sound product. Het is in het bij-
zonder belangrijk bij een Dolby Digital ontvanger
als de AVR, aangezien de juiste uitgangssignalen
ervoor zorgen dat het filmgeluid met de juiste
richting en intensiteit wordt weergegeven.
Opmerking: iuisteraars zijn vaak onzeker over
werking van de surround kanalen. Sommigen
menen dat er altijd geluid uit alle luidsprekers
moet komen, terwijl er juist voor het merendeel
van de tijd weinig of geen geluid uit de surround
kanalen komt. Dat komt omdat ze alleen ge-
bruikt worden wanneer een regisseur of geluids-
technicus daar specifiek een geluid toevoegt om
een klankbeeld te creëren, een geluidseffect of
een actie te laten bewegen van het front van de
kamer naar de achterzijde. Wanneer de uit-
gangsniveaus correct zijn ingesteld, is het nor-
maal dat de surround luidsprekers slechts zo nu
en dan actief zijn. Het volume van de achter
luidsprekers extra verhogen kan juist de illusie
van een omringend klankbeeld teniet doen, in
afwijking van de manier waarop het geluid in
een bioscoop of concertzaal wordt ervaren.
Wanneer u het systeem al gekalibreerd heeft
met EzSet+ zijn de aangegeven niveau instellin-
genhet resultaat van metingen van EzSet+. Er
zijn geen verdere correcties nodig tenzij u een
specifiek item wilt veranderen vanwege smaak
of een niet-standaard systeemconfiguratie.
BELANGRIJK: het uitgangsniveau kan apart
worden ingesteld voor elke digitale en analoge
surround functie. Daarmee kunnen niveauverschil-
len tussen de luidsprekers gecompenseerd wor-
den, en tevens kunnen verschillen afhankelijk van
de gekozen surround functie, of het niveau van
bepaalde luidsprekers naar eigen inzicht verhoogd
of verlaagd worden. Denk er aan instellingen die
gemaakt zijn voor een surround functie ook effec-
tief zijn voor alle ingangen die gerelateerd zijn
aan die surround functie.
Voor het instellen van de uitgangsniveaus er voor
zorgen dat alle luidsprekers correct zijn aan-
gesloten. Het systeemvolume aanvankelijk geheel
terug draaien. Zorg er tenslotte voor dat 
balans Ò in het midden staat ‘op 12 uur’.
Handinstelling is het gemakkelijkst via het
CHANNEL ADJUST
(kanaal corrigeren)
menu (Afb. 12). Staat het hoofdmenu nog in
beeld druk dan op 
¤
D tot de in-beeld ➞
cursor naast 
OUTPUT ADJUST
staat. Bent
u niet in het hoofdmenu, druk dan op in-beeld
display
L om het 
MASTER MENU
(Afb.
12) op te roepen en druk vervolgens viermaal
op⁄zodat de 
¤
D cursor u op de regel uit-
gangsniveaus staat. Druk op instellen
F om
het 
CHANNEL ADJUST
menu in beeld te
laten verschijnen.
Figure 12
Wanneer het 
CHANNEL ADJUST
menu
voor het eerst verschijnt, is het testsignaal uitge-
schakeld. Gebruik 
/
¤
D om een kanaal
voor correctie te kiezen met een externe bron,
zoals een testdisc, om de uitgangsniveaus te
beoordelen. Wanneer de cursor 
➞ op de regel
van het te corrigeren kanaal staat drukt u op
/
E& om het niveau te verhogen of te
verlagen. Voordat u zelf gaat instellen, raden we
u aan eerst de ingebouwde testtoongenerator
van de AVR te gebruiken die automatisch een
signaal naar alle kanalen stuurt om te controle-
ren of alle luidsprekerverbindingen correct zijn
gemaakt.
Schakel de testtoon in en laat deze automatisch
over de kanalen circuleren over de kanalen
waarvan voorheen luidsprekers zijn geconfigu-
reerd (zie pagina 23). Druk nu op 
/
¤
D tot
de cursor 
➞ op de regel 
TEST TONE SEQ
in het menu staat. Druk dan op 
/
E& tot
AUTO
wordt aangegeven. Vervolgens drukt u
eenmaal op 
¤
D zodat de cursor naar
TEST TONE
wijst. Druk op 
/
E& om
het testsignaal bij de Front Links luidspreker te
laten beginnen. Het circuleert nu rechtsom door
de kamer en activeert elke luidspreker geduren-
de twee seconden, waarna de volgende luid-
spreker wordt geactiveerd. De cursor 
➞ knippert
naast de actieve luidspreker om aan te geven
van welke luidspreker u signaal dient te horen.
BELANGRIJK: omdat dit testsignaal een veel
lager niveau heeft dan normale muziek dient u
het volume, na de instelling van alle kanalen,
terug te nemen. Het juiste volume dient weer
hersteld te zijn VOORDAT u terugkeert in het
hoofdmenu en het testsignaal uitgeschakeld
wordt.
Opmerking: vergeet niet te controleren of de
luidsprekers correct zijn aangesloten. Terwijl het
testsignaal rond gaat controleert u of het geluid
ook werkelijk komt van de luidspreker die in de
display ˜ wordt aangegeven. Zou dat bij een
luidspreker niet kloppen, schakel de AVR dan uit
met de netschakelaar 1 en controleer de
luidsprekeraansluitingen en eventuele verbindin-
gen naar externe versterkers om er zeker van te
zijn dat alle luidsprekers met de juiste kanalen
zijn verbonden.
Nadat u de luidsprekerposities gecontroleerd
heeft, laat u het testsignaal weer rondgaan en
luistert u of een kanaal luider klinkt dan de
andere. Met de front luidspreker links als refe-
rentie drukt u op 
/
¤
D op de afstandsbe-
diening om alle luidsprekers op hetzelfde niveau
te brengen. Merk op dat drukken op 
/
E& het testsignaal op dat kanaal zal blijven
om de tijd te geven de afregeling te maken. Laat
u de toets los dan gaat de ruis na vijf seconden
weer rond. De cursor 
➞ u in beeld kan ook
direct naar de af te regelen luidspreker ver-
plaatst worden met de 
/
¤
D toetsen op de
afstandsbediening.
Ga door met het regelen van de afzonderlijke
luidsprekers tot ze alle hetzelfde volume hebben.
Merk op dat de regelingen alleen gemaakt die-
nen te worden met 
/
E& op de
afstandsbediening, NIET met de volumeregeling.
Gebruikt u een geluidsdrukmeter (SPL) voor een
exacte instelling met het testsignaal, zet de
volumeregelaar
) dan op –15 dB en stel
het niveau voor elk kanaal zo in dat de meter 
75 dB aangeeft, C-gewogen, traag. (C-weighted,
slow). Nadat de instellingen zijn gemaakt draait
u het volume weer terug.
U kunt deze instellingen van elk kanaal ook
geheel zelf maken door op
/
¤
D te drukken
tot de cursor 
➞ op de regel 
TESTTONE
SEQ
in het menu staat om vervolgens met 
/
E&
MANUAL
(handbediening) te marke-
ren. In de 
MANUAL
functie start het testsig-
naal ook direct, maar gaat alleen naar een ande-
re luidspreker door op 
/
E&. te drukken.
Wanneer de handinstelling actief is kan de test-
toon worden uitgeschakeld door op 
/
¤
D
te drukken tot de cursor 
➞ op de regel 
TEST
TONE
staat en dan met 
/
E&
OFF
(uit) te markeren.
Opmerking: het uitgangsniveau van de sub-
woofer kan niet gecorrigeerd worden met
behulp van het testsignaal. Om het niveau van
de subwoofer te corrigeren volgt u de stappen
voor het instellen van het uitgangsniveau op
pagina 35.
Wanneer alle kanalen hetzelfde niveau hebben
is de afregeling gereed. Zet nu met volume
)
het niveau op ca. –40 dB, anders zal het afspeel-
niveau te hoog zijn zodra de muziek begint te
spelen. Om dit menu te verlaten drukt u op 
/
¤
D tot de cursor ➞ u in beeld naast de regel
BACK T O MASTER MENU
staat en u drukt
op instellen
F om het testsignaal uit te
schakelen en terug te keren naar het 
MASTER MENU
.
De uitgangsniveaus kunnen ook afgeregeld wor-
den door de afzonderlijke toetsen en het Semi-
OSD systeem te gebruiken. Om op deze manier
de uitgangsniveaus te regelen drukt u op test-
signaal
8. Vanaf het moment dat u op de
toets drukt gaat het testsignaal, zoals eerder
beschreven, rond. Het juiste kanaal vanwaar u
het testsignaal wilt horen, wordt aangegeven in
het onderste derde deel van het beeld en in de
display ˜. Als een extra aanwijzing wordt het
  *   C H A N N E L   A D J U S T   *
F L
: 0   d B
S B R : 0   d B
C E N
: 0   d B
S B L : 0   d B
F R
: 0   d B
S L
: 0   d B
S R
: 0   d B
S U B : 0   d B
C H A N N E L   R E S E T
: O F F  
T E S T   T O N E   S E Q
: M A N U A L  
T E S T   T O N E        
: O F F  
B A C K   T O   A U D I O   S E T U P
28 SYSTEEMCONFIGURATIE
juiste kanaal, terwijl het testsignaal rondgaat,
ook aangegeven door de luidspreker/kanaal
keuze 
$, door een knipperende letter in het
correcte kanaal. Draai het volume
) hoger
tot u de ruis duidelijk kunt horen.
Om het uitgangsniveau te regelen drukt u op
/
¤
D op de afstandsbediening tot het
gewenste niveau in de display of in beeld wordt
aangegeven. Zodra u de toetsen loslaat gaat het
testsignaal na vijf seconden opnieuw rond.
Wanneer alle kanalen hetzelfde uitgangsniveau
hebben, zet u met volume
) het niveau op
ca. –40 dB, anders zal het afspeelniveau te hoog
zijn zodra de muziek begint te spelen. Daarna
drukt u op testsignaal
8 om de testtoon uit
te schakelen en het proces af te ronden.
BELANGRIJK: se afregeling van het uitgangs-
niveau zal niet effectief zijn voor alle ingangen,
maar alleen voor de werkelijk geselecteerde sur-
roundfuncties. Om ook effectief te zijn voor een
andere functie, kiest u die functie (met welke
ingang dan ook) en u herhaalt de boven
omschreven inregeling. Zo kunt u verschillen in
niveaus tussen luidsprekers, die per surround-
functie kunnen verschillen, compenseren, of het
niveau van bepaalde luidsprekers opzettelijk
verhogen of verlagen, e.e.a. afhankelijk van de
gekozen surroundfunctie.
Opmerking: niveau inregeling is niet beschik-
baar voor de VMAx of Surround uit functie, aan-
gezien er geen surround luidsprekers gebruikt
worden (en er dus geen niveauverschillen kun-
nen optreden tussen luidsprekers in dezelfde
kamer). Maar om niveauverschillen te compen-
seren tussen stereo, VMAx en andere surround-
functies (onafhankelijk van de gekozen ingang)
kunnen de uitgangen ingeregeld worden met de
procedure voor fijnregeling van de niveaus, zie
pagina 35, ook voor de Surround uit (stereo) en
VMAx functies. Zodra de op de vorige pagina
beschreven instellingen zijn gemaakt kan de 
AVR gebruikt worden. Hoewel er nog extra
instellingen gemaakt kunnen worden, dient dit
bij voorkeur te gebeuren nadat u naar meerdere
bronnen heeft geluisterd met verschillende soor-
ten bronmateriaal. Deze geavanceerde instellin-
gen worden op pag. 37-38 van deze handleiding
beschreven. Bovendien kan elke instelling die u
in het begin gemaakt heeft, later gewijzigd
worden.
Bij het toevoegen van nieuwe of andere bronnen
of luidsprekers, of u wilt de instelling corrigeren
naar uw eigen smaak, volgt u eenvoudig de
aanwijzingen voor het veranderen van de para-
meter als hiervoor beschreven. Denk er aan dat
alle wijzigingen op elk moment, ook bij gebruik
van afzonderlijke toetsen, in het geheugen van
de AVR worden opgeslagen, ook wanneer deze
geheel wordt uitgeschakeld, tenzij deze wordt
gereset (zie pagina 46).
Nu u klaar bent met de instelling en configuratie
van de AVR staat u op het punt het beste in
muziek en home theater weergave te beleven.
Veel plezier!
Systeemconfiguratie
Page of 50
Display

Click on the first or last page to see other AVR 335 (serv.man12) service manuals if exist.