DOWNLOAD Harman Kardon AVR 335 (serv.man12) Service Manual ↓ Size: 908.58 KB | Pages: 50 in PDF or view online for FREE

Model
AVR 335 (serv.man12)
Pages
50
Size
908.58 KB
Type
PDF
Document
User Manual / Operation Manual
Brand
Device
Audio
File
avr-335-sm12.pdf
Date

Harman Kardon AVR 335 (serv.man12) User Manual / Operation Manual ▷ View online

INSTALLEREN EN AANSLUITEN 17
Installeren en Aansluiten
Luidsprekerkeuze
Welk merk luidsprekers ook wordt gebruikt,
neem altijd hetzelfde merk en type voor de front
luidsprekers links, midden en rechts. Zo ontstaat
een consistent front geluidsbeeld en wordt voor-
komen dat zich vervelende bijeffecten voordoen,
zoals bij front luidsprekers die niet goed bij
elkaar passen. Harman Kardon adviseert luid-
sprekers van JBL of Infinity.
Opstelling van de luidsprekers
De opstelling van de luidsprekers in een home
theater systeem met meerdere kanalen heeft een
aanzienlijke invloed op de bereikte geluids-
kwaliteit.
Afhankelijk van het type centrum luidspreker en
uw televisietoestel, dient u uw centrum luidspre-
ker ofwel direct op of onder de TV opgesteld te
worden, dan wel in het midden achter een
akoestisch doorzichtig projectiescherm.
Nadat de centrum luidspreker is geïnstalleerd,
worden de front luidsprekers links en rechts
opgesteld en wel op een onderlinge afstand die
gelijk is aan de afstand tussen de centrum luid-
spreker en de gewenste luisterpositie. Idealiter
dienen de front luidsprekers zo te worden opge-
steld dat de tweeters zich niet meer dan 60 cm
boven of onder de tweeter in de centrum luid-
spreker bevinden.
Houd de front luidsprekers minimaal op een
afstand van 0,5 meter van de TV, tenzij de luid-
sprekers magnetisch afgeschermd zijn om ver-
vorming van het TV-beeld te voorkomen. Denk er
aan dat de meeste luidsprekers niet magnetisch
zijn afgeschermd, zelfs die in complete surround
sets, meestal is alleen de centrum luidspreker
wel afgeschermd.
Afhankelijk van de kamerakoestiek en het type
luidsprekers dat wordt gebruikt, kan het resul-
taat worden verbeterd door de front luidsprekers
links en rechts ten opzichte van de centrum luid-
spreker iets naar voren te plaatsen. Corrigeer zo
mogelijk alle front luidsprekers zo dat deze op
oorhoogte staan wanneer u zich op uw luister-
positie bevindt. Aan de hand van deze uitgangs-
punten kunt u experimenteren met de opstelling
van de front luidsprekers in uw systeem. Aarzel
niet de onderdelen te verplaatsen, net zo lang
tot het systeem een optimaal resultaat laat
horen. Verplaats de luidsprekers tot de audio-
overgangen van de front luidsprekers gebalan-
ceerd klinken. Surround luidsprekers dienen
tegen de zijwanden van de kamer te worden
opgesteld, ter hoogte van of iets achter de luis-
terpositie. Het hart van de luidspreker wordt op
de kamer gericht. Wanneer het niet mogelijk is
de luidsprekers tegen de zijwanden op te stellen,
kunnen de luidsprekers tegen de achterwand
worden geplaatst, achter de luisterpositie. De
luidsprekers bij voorkeur niet meer dan 2 meter
achter de luisterpositie opstellen.
Wanneer de AVR wordt gebruikt in de 5.1
kanaals functie kunnen de surround luidsprekers
het beste tegen de zijwanden van de kamer wor-
den opgesteld, of iets achter de luisterpositie. In
een 7.1 systeem zijn zowel surround luidsprekers
aan de zijkant als aan de achterzijde nodig. Het
centrum van de luidsprekers is naar de luisteraar
gekeerd. Zie hiernaast.
Surround Achter luidsprekers zijn nodig bij een
volledig 7.1 systeem en kunnen tevens gebruikt
worden in een 5.1 kanaals systeem als een
alternatief  wanneer het niet goed mogelijk is de
hoofd surround luidsprekers aan de zijkant van
de kamer op te stellen. Deze luidsprekers kunnen
tegen de achterwand worden geplaatst, achter
de luisterpositie. Net als bij de zijluidsprekers
dient het hart van de luidspreker op de luisteraar
gericht te zijn. De luidsprekers niet meer dan
twee meter achter de luisterpositie opstellen.
De AVR 335 kan geconfigureerd worden voor
5.1 of 7.1 kanalen weergave, maar niet voor 
6.1 kanalen. Bij weergave van 6.1 materiaal of
een 6.1 kanalen functie wordt het signaal voor
het surround achter kanaal weergegeven via de
Surround Achter Links en Rechts
Luidsprekeruitgangen
(. Door slechts één
luidspreker op deze uitgangen aan te sluiten,
mist u niet alleen de 7.1 surround functies zoals
Logic 7, maar het conflicteert ook met de 
EzSet+ luidsprekeropzet en kalibratie als
beschreven op pagina 23. Het kan ook tot 
overbelasting leiden van de surround achter 
versterkers en voedingen.
Subwoofers produceren grotendeels niet gericht
geluid en kunnen bijna overal in de ruimte
worden opgesteld. De opstelling dient te worden
gebaseerd op de afmetingen en vorm van het
vertrek en het type subwoofer dat wordt gebruikt.
Een methode om de optimale locatie voor een
subwoofer te vinden is deze eerst in het front van
de kamer te zetten, ongeveer 15 cm van een
muur, of in de buurt van een hoek. Een andere
methode is de subwoofer tijdelijk op de plaats te
zetten waar u gewoonlijk zult zitten en vervolgens
in de kamer rond te lopen totdat u een plaats
vindt waar de subwoofer het beste klinkt. Zet de
subwoofer dan op die plaats. Volg ook de instruc-
ties van de fabrikant van de subwoofer op, of
experimenteer om de beste locatie voor een sub-
woofer in de luisterruimte te vinden.
Right Front
Speaker
Left Front
Speaker
No more than 
         60cm
Center Front Speaker
A) Opstelling van de front luidsprekers bij een 
TV-toestel of een projector achter het scherm.
Center Front
Speaker
Rear-Wall Mounting
TV or Projection Screen
Right Front
Speaker
Left Front
Speaker
No more than 2m
when rear-mounted
speakers are used
B) De afstand tussen de linker en rechter
luidsprekers dient gelijk te zijn aan de afstand
tussen de luisterpositie en het scherm.
Experimenteer met de opstelling van de front
luidsprekers door deze iets dichterbij te zetten
dan de centrum luidspreker.
Achter luidsprekers zijn een alternatief voor 
5.1 systemen en noodzakelijk bij 7.1 gebruik.
Centrum luidspreker
Max.
60 cm
Front rechts
Front links
TV of projectiescherm
Centrum
Front links
Front rechts
Alternatieve opstelling tegen achterwand
Max.
2 meter
Minimaal 15 cm van het plafond
Minimaal 60 cm
18 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
Zijn de luidsprekers in de kamer eenmaal opge-
steld en aangesloten, dan dient het geheugen van
de systeem geconfigureerd te worden. De 
AVR beschikt over twee soorten geheugens, indi-
viduele geheugens die verbonden zijn met de
gekozen ingang, b.v. surroundfuncties, en andere
die onafhankelijk zijn van de gekozen bron, zoals
de uitgangsniveaus van de luidsprekers, wissel-
frequenties of vertragingstijden die door de sur-
round processor gebruikt worden.
In gebruik name en 
in-beeld display
Schakel de AVR nu in, zodat deze laatste instellin-
gen kunnen worden uitgevoerd.
1. Steek de stekker van het netsnoer
 in een
ongeschakeld stopcontact.
2. Druk op de netschakelaar 1 zodat deze
ingedrukt blijft staan. Controleer of de licht-
netindicatie 
3 oranje wordt, ten teken dat het
apparaat in standby staat.
3. Verwijder de plastic beschermingsfolie van het
venster op de afstandsbediening. Met die folie zal
het bereik van de afstandsbediening aanzienlijk
kleiner zijn.
4. Installeer de drie bijgeleverde AAA batterijen in
de afstandsbediening, als in de afbeelding aange-
geven. Let op de polariteit (+) en (–), die op de
bodem van het batterijvakje staat aangegeven.
5. Schakel de AVR in door op Standby 2 te
drukken, of met de ingangskeuze % op de
voorzijde, dan wel op de afstandsbediening op
Inschakelen
3, AVR keuze 5, of op een
van de toetsen Ingangskeuze
46 te druk-
ken. De lichtnetindicatie 3 wordt nu blauw
ten teken dat het apparaat ingeschakeld is en de
display ˜ licht op.
Opmerking: nadat op één van de toetsen van de
ingangskeuze
4 om het apparaat in te scha-
kelen is gedrukt, drukt u op AVR keuze
5 om
de afstandsbediening de AVR te laten besturen.
Gebruik van de in-beeld display
Het maken van de volgende instellingen gaat het
eenvoudigste via de in-beeld display van het TV
toestel of projectiescherm. Zo kan de huidige
status van de AVR gemakkelijk worden afgelezen,
wat prettig is bij het kiezen van de luidsprekers,
de vertraging en andere instellingen. Om de in-
beeld display te activeren dient een verbinding
gemaakt te zijn tussen de video monitor uit-
gang
 op de achterzijde naar de composiet- of
S-video ingang van uw TV of projector. Om de in-
beeld informatie van de AVR te kunnen zien, dient
ook op de monitor/projector de juiste videobron
gekozen te zijn. Denk er aan dat de in-beeld
menu’s niet beschikbaar zijn wanneer een compo-
nent video display wordt gebruikt.
Belangrijk: bij gebruik van in-beeld menu’s via
een conventionele beeldbuis is het belangrijk dat
deze niet langdurig in beeld blijven staan. Zoals
bij alle videoschermen, maar in het bijzonder bij
projectoren, kan het continu weergeven van stati-
sche beelden als deze menu’s, of beelden van
videospelletjes, permanent ‘inbranden’ van de
beeldbuis of projector veroorzaken. Dergelijke
schade valt niet onder de garantie van de 
AVR en is vrij zeker ook niet onder de garantie
van de TV of projector. De AVR heeft twee in-
beeld weergavefuncties: ‘semi-OSD’ (gedeeltelijk)
en ‘Full-OSD’ (volledig). Bij het configureren raden
wij u aan Full-OSD functie te gebruiken. De volle-
dige status en de opties verschijnen dan in beeld,
wat het gemakkelijker maakt uit de beschikbare
mogelijkheden te kiezen en instellingen te maken.
De Semi-OSD functie gebruikt slechts één regel.
Denk er aan dat bij het Full-OSD (volledig inbeeld)
de gekozen menu’s niet in de display ˜ ver-
schijnen. Wanneer de volledige In-Beeld Display
(OSD) wordt gebruikt verschijnt 
OSD O N
in de
display ˜ om aan te geven dat een beeld-
scherm gebruikt dient te worden.
Wordt het Semi-OSD systeem (gedeeltelijk in-
beeld) gebruikt met de afzonderlijke configuratie-
toetsen, dan in-beeld een enkele regel tekst met
de huidige menukeuze te zien zijn. Die keuze
wordt ook aangegeven in de display ˜.
Het volledige in-beeld menu kan altijd worden
opgeroepen of verwijderd door op In-beeld
Display
L te drukken. Wanneer u op deze
toets drukt zal het hoofdmenu 
MASTER
MENU
(Afb. 1) verschijnen en kunnen instellin-
gen gemaakt worden vanuit de individuele
menu’s. Denk er aan dat de menu’s na de laatste
handeling gedurende 20 seconden zichtbaar zul-
len blijven, daarna uit beeld verdwijnen. Deze tijd
kan verlengd worden tot 50 seconden door naar
het 
ADVANCED SELECT
menu te gaan en
het item 
FULL OSD TIME OUT
te wijzigen.
De Semi-OSD is ook beschikbaar als standaard
systeeminstelling en kan worden uitgeschakeld
via het 
ADVANCED SELECT
menu. Zie
pagina 38. Met het semi OSD systeem kunt u
direct instellingen maken door op de toetsen op
de voorzijde of op de afstandsbediening te druk-
ken. Om bijvoorbeeld de digitale ingang voor een
bron te wijzigen drukt u op Digitale Keuze Û
G en een van de keuzetoetsen
/
7 or
/
¤
D op de voorzijde of de afstandsbedie-
ning.
Afbeelding 1
Systeemopzet
De AVR bezit een modern geheugensysteem
waarmee u verschillende configuraties kunt vast-
leggen voor de luidsprekeropzet, digitale ingan-
gen, surround functies, vertragingen, wisselfre-
quenties en luidsprekerinstellingen voor elke bron.
Om de luidspreker instelling te vergemakkelijken
kan dezelfde luidspreker instelling ook voor alle
ingangen tegelijk worden gemaakt. Deze flexi-
biliteit maakt het mogelijk de manier waarop naar
elke bron geluisterd wordt op maat in te stellen
en in de AVR op te slaan. Dat betekent bijvoor-
beeld dat u verschillende surround functies en
analoge of digitale ingangen met verschillende
bronnen kunt combineren, of verschillende luid-
sprekerconfiguraties kunt instellen met afwijkende
instellingen voor de behandeling van het laag, of
het gebruik van de centrum luidspreker en/of de
subwoofer. Zijn die instellingen eenmaal gemaakt,
dan worden deze automatisch weer opgeroepen
zodra die ingang wordt gekozen.
Wij raden u aan de eerste maal dat u de AVR
gebruikt het systeem te configureren met het
EzSet+ proces waarmee de luidsprekers snel en
zeker voor grootte en vertraging worden ingesteld
en in balans gebracht en de AVR wordt ingesteld
op uw systeem en uw kamer. Voordat u de EzSet+
procedure begint dienen een paar instellingen
gemaakt te worden om een nauwkeurige resul-
taat te verzekeren.
In de fabrieksinstelling van de AVR zijn alle ingan-
gen geconfigureerd voor een analoge ingang, uit-
gezonderd de DVD-ingang, waar de Coax
Digital Ingang
! standaard is. Is het DSP pro-
cessor systeem voor het eerst gebruikt voor een
willekeurige ingang, dan wordt de luidsprekerin-
stelling automatisch in ‘Small’ (klein) en de sub-
woofer op ‘LFE’ gezet. De standaardinstelling voor
de surround functies is Logic 7 Music, hoewel
Dolby Digital of DTS automatisch worden gekozen
wanneer een bron met een digitaal signaal in
gebruik is.
* *   M A S T E R   M E N U   * *
I N P U T   S E T U P
S U R R O U N D   S E L E C T
S P E A K E R   S E T U P
D E L A Y   A D J U S T
C H A N N E L   A D J U S T
M U L T I - R O O M
E z S E T +
A D V A N C E D
SYSTEEMCONFIGURATIE 19
Voordat het apparaat in gebruik wordt genomen,
zullen de instellingen voor de meeste ingangen
waarschijnlijk gewijzigd dienen te worden, om ze
correct te configureren voor het gebruik met digi-
tale of analoge ingangen en de surround functie
die aan de ingang is gekoppeld. Denk eraan dat
deze instellingen voor elke gebruikte ingang
gemaakt dienen te worden, aangezien het geheu-
gensysteem van de AVR de instellingen voor elke
ingang afzonderlijk opslaat. Anderzijds zullen
eerst nieuwe instellingen gemaakt dienen te
worden nadat de systeemcomponenten gewijzigd
zijn.
Om dit proces snel en eenvoudig uit te voeren
raden wij aan het Full-OSD (volledig) systeem met
menu’s in beeld te gebruiken en stap voor stap
alle ingangen te doorlopen.
Opzet Ingangen
De eerste stap bij het configureren van de AVR is
het kiezen van een ingang, om een analoge of
digitale ingang te koppelen aan elke bron, b.v.
CD of DVD. Denk er aan dat wanneer de ingang
is gekozen, alle instellingen voor de Digitale
Ingang, Luidspreker Configuratie, Vertraging en
Surround Functie daaraan gekoppeld zullen
worden en in een geheugen worden opgeslagen.
Dat betekent dat deze instellingen ook automa-
tisch voor andere ingangen gebruikt zullen wor-
den. Daarom dienen onderstaande instellingen
voor elke ingang herhaald te worden, zodat elke
ingang naar eigen inzicht en voorkeur aangepast
kan worden. Eenmaal gemaakt, is wijziging alleen
nodig wanneer u voor een bepaalde ingang een
andere instelling wenst.
Wanneer u het Full-OSD (volledig in-beeld) sys-
teem gebruikt om instellingen te maken, drukt u
eenmaal op OSD
L waarop het hoofdmenu
MASTER MENU
(Afb. 1) verschijnt. Denk er aan
dat de 
cursor naast de regel van de 
INPUT
SETUP
staat. Druk op instellen
F om het
menu te openen, waarna het 
INPUT SETUP
menu (Afb. 2) in beeld verschijnt. Druk op 
/
E& tot de gewenste ingang gemarkeerd
wordt en een blauwe LED oplicht bij de ingangs-
indicatie 
ˆ op de voorzijde. Als de ingang
gebruik maakt van de standaard links/rechts ana-
loge ingang is er geen verdere instelling nodig
(uitgezonderd DVD).
Afbeelding 2
Indien een van de digitale ingangen gekoppeld
moet worden aan de gekozen bron drukt u op 
¤
D op de afstandsbediening terwijl het menu
INPUT SETUP
(Afb. 2) in beeld staat en de
cursor gaat naar beneden, naar de regel 
DIGI-
TAL IN
. Druk zo vaak op 
/
E& tot de
naam van de gewenste digitale ingang verschijnt.
Om terug te gaan naar de 
ANALOG
ingang,
drukt u op deze toetsen tot het woord ‘analog’
verschijnt. Staat de gewenste ingang in beeld,
druk dan weer op 
¤
D tot de 
cursor naast
BACK T O MASTER MENU
, en druk op
instellen
F.
Om een analoge of digitale ingang te koppelen
aan de gekozen ingang kunt u op elk moment op
de Digitale Ingangskeuze Û
G op de voor-
zijde of op de afstandsbediening drukken wan-
neer volledige in-beeld niet actief is. Binnen vijf
seconden wordt nu de ingang gekozen met in-
stellen 
7 op de voorzijde, of met 
/
¤
D op
de afstandsbediening tot de gewenste digitale of
analoge ingang in de display ˜ en in het
onderste deel van de videodisplay die op de AVR
is aangesloten. Druk tenslotte op instellen
F
om de nieuwe digitale instelling op te slaan.
Sommige digitale videobronnen zoals een kabel-
box of een HDTV set-top kunnen wisselen tussen
analoog en digitaal signaal, afhankelijk van de
ontvangen zender. De Auto Polling (automatische
doorschakeling) van de AVR 235 voorkomt dat
het audiosignaal in zo’n situatie wegvalt, door
zowel het analoge als het digitale signaal met de
AVR te verbinden. Digitale audio is de standaard
positie, maar het apparaat schakelt automatisch
over naar de analoge ingang wanneer het digitale
audiosignaal wegvalt.
In die gevallen waar alleen een digitale bron
wordt gebruikt, kan het nodig zijn de automati-
sche doorschakeling los te koppelen om te voor-
komen dat de AVR een analoog signaal probeert
te vinden wanneer het digitale wegvalt. Om de
automatische doorschakeling voor een bepaalde
ingang uit te schakelen kijkt u eerst of de 
➞ cur-
sor op de 
AUTO POLL
regel in het menu staat.
Vervolgens drukt u op 
/
Navigatie
E&
zodat 
OFF
in negatief video wordt aangegeven.
Herhaal de procedure om zonodig later de auto-
matische doorschakeling weer te herstellen door
O N
(aan) te kiezen.
Opzet Surround
Is de luidsprekeropzet voltooid, dan dient voor die
ingang de surround functie die u met die ingang
wilt gebruiken ingesteld te worden. Aangezien de
surroundfuncties een kwestie zijn van persoonlij-
ke smaak, bent u vrij in uw keuze – die bovendien
later gewijzigd kan worden. Het Surround Functie
Overzicht op pagina 29-30 kan u helpen de func-
tie te kiezen die het beste past bij de gekozen
ingang. Zo kunt u Dolby Pro Logic II of Logic 7
voor de meeste ingangen kiezen en Dolby Digital
voor ingangen aangesloten op digitale bronnen.
Voor ingangen zoals CD-speler, tape deck of tuner
kan het best de stereofunctie worden gekozen,
wanneer dat tenminste de luisterfunctie is die
voor de standaard stereobronnen wordt gebruikt.
Voor die bronnen is het onwaarschijnlijk dat er
materiaal met surroundcodering zal worden afge-
speeld. Als alternatief kan de 5 Kanaals Stereo of
Logic 7 Music functie worden gekozen voor ste-
reo programmamateriaal.
De surround instellingen worden het gemakke-
lijkst gemaakt via de Full-OSD (volledig) menu’s
in beeld. Druk vanuit het hoofdmenu 
MASTER
MENU
(Afb. 1) op de 
/
¤
D tot de cursor 
naast het 
SURROUND SELECT
menu staat.
Druk op instellen 
F tot het 
SURROUND
SELECT
menu (Afb. 3) in beeld verschijnt.
Afbeelding 3
Elke regel in dit menu (afb. 3) kiest een surround
functiegroep en binnen elk van deze categorieën
kan uit specifieke opties worden gekozen. De
keuze aan functies wisselt afhankelijk van de luid-
sprekerconfiguratie in uw systeem.
Wanneer de regel 
SURR BACK
regel van het
SPEAKER SETUP
menu (afb. 9) op 
NONE
(geen) staat, is de AVR geconfigureerd voor 5.1
kanaals bedrijf en alleen de functies bestemd
voor een vijf luidspreker opstelling zullen verschij-
nen. Staat 
SURR BACK
in het 
SPEAKER
SETUP
menu (afb. 9) op 
SMALL
(klein) of op
LARGE
(groot) staat, is de AVR geconfigureerd
voor 6.1/7.1 kanaals bedrijf en ook extra functies
als Dolby Digital EX en 7 STEREO of Logic 7 7.1
verschijnen, daar deze alleen werken wanneer
zeven luidspreker beschikbaar zijn. Bovendien, de
functies DTS ES (Discrete) en DTS+NEO:6 (DTS-ES
Matrix) die in de AVR beschikbaar zijn, verschij-
nen alleen bij een digitale bron met het juiste
digitale signaal.
Daarnaast verschijnen sommige functies van de
AVR 235 niet tenzij een digitale bron is gekozen
en de juiste bitstream wordt afgespeeld.
Opmerking: wanneer een Dolby Digital of DTS
bron wordt gekozen en speelt kiest de AVR auto-
matisch de juiste surround functie, ongeacht de
standaard instelling voor die ingang. In dat geval
zijn geen andere surround functies beschikbaar,
uitgezonderd VMAx bij Dolby Digital opnamen en
alle Pro Logic II functies met Dolby Digital 
2-kanaals (2.0) opnamen. Zie pagina 33.
Om de functie vast te leggen die standaard voor
een ingang wordt gekozen drukt u eerst op
/
¤
D tot de in-beeld cursor naast de hoofd
categorie met de gewenste functie staat. Druk
dan op de insteltoets 
F om het submenu op te
roepen. Druk op 
/
E& om door de
beschikbare mogelijkheden te gaan en druk op
¤
D tot de cursor bij 
BACK TO MASTER
MENU
(terug naar hoofdmenu) staat om het
setup proces et vervolgen.
    *   I N P U T   S E T U P   *    
I N P U T           : V I D E O   1
D I G I T A L   I N : A N A L O G
A U T O   P O L L   : O F F
B A C K   T O   M A S T E R   M E N U
Systeemconfiguratie
20 SYSTEEMCONFIGURATIE
Systeemconfiguratie
In het 
DOLBY SURROUND
menu (afbeelding
4) kan gekozen worden uit Dolby Digital, Dolby
Pro Logic II en IIx Music, Dolby Pro Logic II en IIx
Cinema, Dolby Pro Logic II en Dolby 3 Stereo. De
Dolby Digital EX functie is alleen beschikbaar
wanneer het systeem is ingesteld op 6.1/7.1 wer-
king door de Surround Achter luidsprekers te con-
figureren op ‘klein’ (small) of ‘groot’ (large) als
beschreven op pagina 23. Wanneer een disc
speelt met een speciale code in de digitale audio
datastroom, wordt automatisch de EX functie
gekozen, maar deze kan ook gekozen worden via
dit menu of via het frontpaneel of de afstandsbe-
diening als aangegeven op pagina 31. Een volle-
dig overzicht van deze functies vindt u op pagina
29-30. Denk er aan dat wanneer Dolby Digital is
gekozen er aanvullende instellingen beschikbaar
komen voor de Nacht Functie die alleen met sur-
round gekoppeld zijn, niet met de ingang.
Daarom hoeven deze instellingen slechts eenma-
lig gemaakt te worden en niet met elke gebruikte
ingang. In het volgende hoofdstuk worden deze
behandeld.
Afbeelding 4
Wanneer de 
➞ cursor op de regel 
MODE
(func-
tie) staat, drukt u op 
/
Navigatie
E& om
de gewenste Dolby functie te kiezen, wederom
rekening houdend met het feit dat de verschillen-
de functies waaruit kan worden gekozen, wordt
bepaald door het gebruikte programmamateriaal
en het aantal luidsprekers in uw systeem.
Wanneer Dolby Pro Logic II Music of Dolby Pro
Logic IIx Music als luisterfunctie is gekozen, zijn
drie speciale instellingen beschikbaar om het
klankbeeld geheel aan uw smaak en de luister-
omstandigheden aan te passen. Zijn andere Dolby
Surround functies gekozen, dan geven stippellij-
nen aan dat deze instellingen niet actief zijn.
• Center Width (breedte): deze instelling corri-
geert de balans van de stemmen verdeeld over
de links/rechts luidsprekers en de center luid-
spreker. De lagere instellingen spreiden het
geluid van het center kanaal meer over de
links/rechts luidsprekers. Een hogere instelling
(max. “7”) geeft een smallere presentatie van
het center kanaal.
• Dimension (afmetingen): deze instelling wijzigt
de perceptie van de diepte van het surround
klankbeeld door het ondieper te maken, waar-
door de geluiden dichter bij het front van de
kamer lijken, of juist een diepere presentatie
waarbij het centrum zich meer naar de achter-
zijde van de kamer lijkt te verplaatsen. De
instelling “0” is de neutrale standaardinstelling
met het “R-3” bereik voor een dieper naar ach-
ter georiënteerd beeld en “F-3” voor een ondie-
per, naar voor georiënteerd beeld.
• Panorama: schakel deze instelling in of uit om
een meer omringende weergave te krijgen die
vooral de perceptie van geluid van de zijwan-
den van de kamer versterkt.
Om deze parameters te wijzigen, drukt u op
/
¤
Navigatie
D terwijl het DOLBY SUR-
ROUND menu in beeld staat tot de 
➞ cursor op
de regel staat met de parameter die u wilt wijzi-
gen. Druk dan op 
/
Navigatie
E& om de
instelling naar wens te wijzigen.
Denk er aan dat wanneer Dolby Digital is gekozen
er aanvullende instellingen beschikbaar komen
voor de Nacht Functie die alleen met surround
gekoppeld zijn, niet met de ingang.Vandaar dat
deze instellingen slechts één keer gemaakt wor-
den en niet voor elke ingang afzonderlijk.
Instellen nachtfunctie
De nachtfunctie is een functie van Dolby Digital
die een speciale bewerking gebruikt om het dyna-
misch bereik en de verstaanbaarheid van het film-
geluid te behouden, terwijl het piekniveau
begrensd wordt. Zo wordt voorkomen dat plotse-
ling pieken anderen storen, zonder dat de impact
van de digitale bron al te zeer wordt aangetast.
Merk op dat de nachtfunctie alleen beschikbaar is
bij weergave van Dolby Digital signalen.
Om de Nacht Functie vanuit het menu in te stel-
len drukt u op OSD
L zodat het 
MASTER
(hoofd) menu verschijnt. Druk vervolgens op 
¤
D om het 
AUDIO SETUP
menu te
openen en druk op Set 
F om het 
SUR-
ROUND SETUP
menu te kiezen. Druk op Set
F om het 
DOLBY
menu te kiezen (zie afb. 5).
Afbeelding 5
Om de Nacht Functie in te stellen kijkt u of de
cursor 
➞ op 
NIGHT
in het 
DOLBY
menu
staat. Druk dan op 
/
E& om te kiezen uit
de volgende mogelijkheden:
OFF
(uit): wanneer OFF (uit) is gemarkeerd,
werkt de nachtfunctie niet.
MID
(medium): wanneer MID (medium) gemar-
keerd is wordt een geringe compressie toegepast
worden.
MAX
: wanneer MAX gemarkeerd is wordt een
sterke compressie toegepast.
Wanneer u de Night functie wilt gebruiken, raden
we u aan aanvankelijk de MID instelling (medium)
te kiezen en eventueel later, indien nodig, naar
MAX (maximum) te gaan.
Denk er aan dat de Night functie op elk moment
direct gecorrigeerd kan worden wanneer de Dolby
Digital surround functie is geactiveerd door op
Night
B te drukken. Wanneer u op de toets
drukt verschijnt 
D-RANGE
in het onderste
derde deel van het beeld en in de display ˜.
Druk binnen drie seconden op de 
/
¤
D om
de gewenste instelling te kiezen en vervolgens op
instellen
F om de instelling te bevestigen.
The last option line in this menu is the setting to
turn the unit’s upsampling feature on or off. In
normal use, this feature is turned off, which
means that digital sources are processed at their
native sample rate. For example, a 48kHz digital
source will be processed at 48kHz. However, the
AVR 235 allows you to upsample the incoming
48kHz signals to 96kHz for added resolution.
To take advantage of this feature, press the
/
¤
Navigation Button n so that the 
cursor is next to the UPSAMPLING line and
press the
/
Navigation Button
E& so
that ON is highlighted in reverse video. Note that
this feature is only available for the Dolby Pro
Logic II-Music, Dolby Pro Logic II-Movie, Dolby
Pro Logic and Dolby 3 Stereo modes.
In het 
DTS
menu worden de keuzes die gemaakt
zijn met 
/
E& op de afstandsbediening
bepaald door de combinatie van het soort DTS
programma materiaal dat wordt afgespeeld en of
het gaat om een 5.1 dan wel een 6.1/7.1 luid-
spreker configuratie.
Wanneer een 5.1 configuratie in gebruik is zal de
AVR automatisch de 5.1 versie van DTS kiezen
zodra een DTS data stream wordt ontvangen.
Wordt 6.1/7.1 gekozen dan zal DTS-ES Discrete
automatisch worden geactiveerd zodra een DTS
bron met de ES Discrete vlag wordt gebruikt, ter-
wijl de DTS-ES Matrix functie wordt geactiveerd
wanneer een ES Matrix gecodeerd audionummer
wordt ontvangen. In beide gevallen wordt desbe-
treffende surround functie aangegeven oop de
display ˜ en in beeld. In al die gevallen licht
DTS-ES op. Wordt een niet-DTS disc afgespeeld
en is 6.1/7.1 gekozen, dan zal het apparaat auto-
matisch DTS+NEO:6 kiezen voor een volledig 8
luidspreker surround weergave. Zie pagina 29
voor een overzicht van de DTS functies.
In het 
LOGIC 7
menu wordt de keus met 
/
E& op de afstandsbediening bepaald door
de luidspreker configuratie 5.1 of 6.1/7.1 die in
gebruik is. In beide gevallen biedt de keus van
Logic 7 functie de Harman Kardon exclusieve
Logic 7 processor een volledig omringend, meer-
kanaals surround van een tweekanaals Stereo of
Matrix gecodeerd programma, zoals een VHS
cassette, laserdisc of televisieprogramma met
Dolby Surround.
In de 5.1 configuratie kunt u Logic 7/5.1 Music,
Cinema of Enhanced kiezen. Deze werken het
beste met tweekanaals muziek, surround geco-
deerde programma’s of standaard tweekanaals
    *   D O L B Y   S U R R O U N D   *
M O D E : D O L B Y   D I G I T A L
C E N T E R   W I D T H : - - - -
D I M E N S I O N       : - - - -
P A N O R A M A         : - - - -
N I G H T               : O F F
U P S A M P L I N G     : - - - - -  
B A C K   T O   S U R R O U N D   S E L E C T
* *   D O L B Y   S U R R O U N D   * *
M O D E :         D O L B Y   P L I I
                            M U S I C
C E N T E R   W I D T H :   3
D I M E N S I O N :   0
P A N O R A M A :   O F F    
N I G H T :   - - - - -
B A C K   T O   S U R R   S E L E C T
Page of 50
Display

Click on the first or last page to see other AVR 335 (serv.man12) service manuals if exist.