DOWNLOAD Harman Kardon SIGNATURE 1.3 (serv.man4) Service Manual ↓ Size: 70.75 KB | Pages: 12 in PDF or view online for FREE

Model
SIGNATURE 1.3 (serv.man4)
Pages
12
Size
70.75 KB
Type
PDF
Document
User Manual / Operation Manual
Brand
Device
Audio
File
signature-13-sm4.pdf
Date

Harman Kardon SIGNATURE 1.3 (serv.man4) User Manual / Operation Manual ▷ View online

Installatie en aansluitingen
6
Signature 1.3
Ongeacht het soort kabel dat u kiest, raden wij u aan in
elk geval gebruik te maken van kabels bestaand uit een
groot aantal koperdraden met een diameter van 2.5 mm
2
of groter.
Voor korte trajecten van minder dan 4 meter kan kabel
met een diameter van 1,0 mm
2
worden gebruikt. Gebruik
van kabels met een kleinere diameter wordt door ons
afgeraden in verband met het vermogensverlies en de
verslechtering van de prestatie die hierdoor zullen
optreden.
Kabels die door wanden lopen dienen voorzien te zijn van
de veiligheidsmerktekens die aangeven dat ze voldoen aan
de vereisten die in uw woonplaats van kracht zijn. Voor
vragen over het door de wanden voeren van kabels kunt u
terecht bij uw installateur of bij een bevoegd elektricien
die op de hoogte is van de van toepassing zijnde bouw- of
elektriciteitsvoorschriften in uw woonplaats.
Aansluitingen op luidsprekers
De laatste stap van de installatie is het aansluiten van de
versterker op de luidsprekers. Gebruik hiervoor kabel van
goede kwaliteit. Voor elke kanaaluitgang is een tweetal
klemmetjes aanwezig.
Merk op dat één geleider van de luidsprekerkabel geen
markeringen of een indicatie "
" voor negatieve polariteit
heeft, terwijl de andere een rode merknaam-markering,
een gekleurde draad of een andere indicatie van positieve
polariteit draagt.
De draad met de positieve polariteit moet worden
aangesloten op de rode aansluitingspunten op de 1.3 en op
de luidsprekers. De negatieve draad moet worden
aangesloten op de zwarte aansluitingspunten op de 1.3 en
op de luidsprekers.
Indien voor de aansluitingen onbedekt draad wordt
gebruikt, dient u ongeveer 
3
4
˝
(20 mm) isolatie van het
uiteinde van elke draad te verwijderen en de draden van
elke geleider zorgvuldig ineen te draaien. Pas op dat u de
afzonderlijke draden niet doorsnijdt of losdraait; voor een
optimale prestatie moeten alle draden gebruikt worden.
Draai vervolgens de knoppen van de uitgangsbussen van
de luidsprekers zo ver los dat de kap naar achteren kan
schuiven op zijn draden, voorbij de openingen aan de
achterzijde van de bus. Let erop dat u de negatieve (
)
draad verbindt met de zwarte aansluiting en de positieve
(
+
) draad met de rode aansluiting en haal de blootliggende
draad door de opening tot de draad zichtbaar is vanaf de
achterkant. Houd de draad op zijn plaats en draai de kap
terug, zodat de aansluiting vast zit. Draai de aansluiting
niet te strak vast en gebruik geen gereedschappen;
hierdoor zou de plastic kap beschadigd kunnen raken of
zouden de kwetsbare draden kunnen breken, waardoor de
prestaties van het systeem verminderen.
Belangrijk: wanneer u de aansluitingen van de
luidsprekerdraden tot stand brengt, dient u zich ervan te
verzekeren dat geen van de draden van de ene leiding een
andere leiding kunnen raken. Dit veroorzaakt kortsluiting
en kan schade toebrengen aan de versterker of de
luidsprekers.  Schade als gevolg van kortsluiting die op
deze wijze is ontstaan wordt niet door de garantie gedekt.
Leid de kabels tot slot naar de plaatsen waar de
luidsprekers zijn opgesteld. Het wordt ten sterkste
aanbevolen dat de kabels waarmee een paar luidsprekers
is aangesloten exact dezelfde lengte hebben. Verzeker u er
bijvoorbeeld van dat de lengte van de aansluitkabel van
links en rechts voor of links en rechts achter (surround)
identiek is, ook al bevindt de ene luidspreker zich dichter
bij de versterker dan de andere. Een eventueel teveel aan
kabel mag niet worden opgerold, dit kan een inductor
worden die variaties in frequentie-respons in uw systeem
kan veroorzaken.
Sluit de draden aan op de luidsprekers en let hierbij
nogmaals op de polariteit. Sluit de negatieve of zwarte
draad en de positieve of rode draad aan op de
overeenkomstige aansluitingen op de luidspreker.
Opmerking: alhoewel de meeste fabrikanten van
luidsprekers zich houden aan de industriële standaard van
zwarte aansluitingen voor negatief en rode aansluitingen
voor positief, is het mogelijk dat sommige fabrikanten
hiervan afwijken. Om er zeker van te zijn dat de
aansluitingen de juiste fase hebben en zo een optimale
prestatie te garanderen, dient u het kenplaatje op de
aansluitingspunten van uw luidsprekers of het handboek
van de luidsprekers te raadplegen. Indien u de polariteit
van uw luidspreker niet kent, kunt u uw winkelier of
installateur om advies vragen alvorens de kabel aan te
sluiten, of contact opnemen met de fabrikant van de
luidsprekers.
Bediening
7
Signature 1.3
De Signature 1.3 kan zowel met de hand als in de
automatische stand bediend worden. Indien het apparaat als
standalone wordt gebruikt dient u onderstaande instructies
voor handbediening te volgen. Indien de 1.3 is aangesloten
op een ander product van de Signature Series of op een
ander compatibel apparaat, dient u de instructies voor
automatische bediening te volgen.
De bediening van de Signature Series 1.3 is heel eenvoudig.
Nadat de installatie eenmaal voltooid is, hoeven er geen
verdere afstellingen te worden uitgevoerd.
Handbediening
Voor traditioneel standalone gebruik dient u op de eerste
plaats de aansluitingen op de luidsprekers en ingangsbron-
nen tot stand te brengen, zoals is beschreven op de voor-
gaande pagina's. Verzeker u ervan dat de 
Power-schake-
laar
1 op het voorpaneel zich in de volledig uitgetrokken
stand ("off") bevindt en steek de stekker van de 
wissel-
stroomvoedingskabel
£ vervolgens in een wissel-
stroomwandcontacdoos met voldoende stroomcapaciteit.
Het 
LED-controlelampje
3 zal rood oplichten.
Zet het apparaat aan, druk op de 
Power-schakelaar
1 op
het voorpaneel totdat deze zich op één lijn bevindt met het
oppervlak van het voorpaneel. Nadat de schakelaar is
ingedrukt zal de 1.3 zich gedurende korte tijd in de
opwarmstand bevinden, hetgeen wordt aangegeven door
het knipperende, groene LED-controlelampje 3. Dit is
normaal, en beschermt uw luidsprekers tegen
beschadigingen terwijl de versterker aan het stabiliseren is.
Wanneer de 1.3 geheel gereed is voor bedrijf, zal het LED-
controlelampje uit gaan en zal het
controlelampje
"Power"
2 blauw oplichten achter het woord 
S
IGNATURE
.
Op dit punt hoort u geluid uit de luidsprekers die op de 1.3
zijn aangesloten.
Nu kunt u gaan genieten van een optimale geluidsper-
formance. Er hoeven geen verdere afstellingen te worden
uitgevoerd, aangezien de volumeregeling en/of bijstellingen
van de niveaus op uw voorversterker, de besturingseenheid
of surround-processor worden uitgevoerd.
Om de 1.3 uit te zetten, drukt u op de 
Power-schakelaar
1 tot deze uitsteekt ten opzichte van het voorpaneel. Het
apparaat bevindt zich in de "off"-stand wanneer het LED-
controlelampje weer rood van kleur wordt.
Opmerking: schakel altijd eerst de broncomponenten en
processor in uw systeem in en dan pas de versterker.
Hierdoor voorkomt u dat eventuele plofgeluiden bij het
inschakelen of transiënten van andere apparaten versterkt
worden en naar de luidsprekers worden gezonden, waar ze
schade aan kunnen richten. Start altijd met een laag
geluidsniveau op de besturingseenheid of voorversterker,
om beschadiging van de luidsprekers te voorkomen.
Automatische bediening
Voordat u begint, dient u zich ervan te verzekeren dat de
aansluiting tussen de 1.3 en 2.0 of 1.0 processor/tuner of
andere trigger-bron op de juiste wijze tot stand is
gebracht, zoals hiervoor is beschreven. Op dit punt dient
het trigger-apparaat te worden uitgeschakeld.
Met de 
Power-schakelaar
1 in de volledig uitgetrokken
stand ("off"), steekt u de stekker van de
wisselstroomvoedingskabel
£ in een
wandcontactdoos met voldoende stroomcapaciteit. Het
LED-controlelampje 3 zal rood oplichten.
Druk op de 
Power-schakelaar
1 ("on"), zodat deze zich
op één lijn bevindt met het voorpaneel. Op dit punt zal
het 
LED-controlelampje
3 amber van kleur worden,
ten teken dat de 1.3 zich in de standby-stand bevindt,
klaar om in te schakelen op het moment dat hij een
signaal ontvangt van de Signature 2.0 of van een ander
apparaat.
Om de 1.3 in te schakelen, dient u de Signature 2.0 of het
andere apparaat dat is verbonden met de aansluitbus
Power Amp Trigger
¢ aan te zetten. Nadat de 1.3 het
triggersignaal heeft ontvangen, bevindt hij zich voor korte
tijd in de opwarmstand, hetgeen wordt aangegeven door
het 
LED-controlelampje
3 dat groen van kleur is en
knippert. Dit is normaal en beschermt uw luidsprekers
tegen beschadigingen terwijl de versterker stabiliseert. 
Wanneer de 1.3 geheel gereed is voor bedrijf, zal het LED-
controlelampje uit gaan en zal het 
controlelampje
"Power"
2 blauw oplichten achter het woord
S
IGNATURE
. Op dit punt hoort u geluid uit de luidsprekers
die op de 1.3 zijn aangesloten.
Het systeem is nu ingeschakeld, dus u kunt gaan genieten
van een optimale geluidsperformance. Er hoeven geen
verdere afstellingen te worden uitgevoerd. De
volumeregeling en/of bijstellingen van de niveaus worden
op uw voorversterker, besturingseenheid of surround-
processor uitgevoerd.
Na afloop is het niet nodig om de 1.3 met de hand uit te
zetten. Op het moment dat de 2.0 of het andere trigger-
apparaat wordt uitgeschakeld, zal de 1.3 in de standby-
stand terugkeren en zal het 
LED-controlelampje
3
weer amber van kleur worden.
Belangrijk: indien u uw audiosysteem voor langere tijd
niet zult gebruiken, bijvoorbeeld gedurende de vakantie, is
het goed om het apparaat uit te schakelen met de power-
schakelaar. Hierdoor wordt voorkomen dat de circuits
automatisch worden ingeschakeld indien het systeem
tijdens uw afwezigheid per ongeluk wordt ingeschakeld.
Informatie over service / Problemen
8
Signature 1.3
Indien u bij de installatie de in deze handleiding
beschreven procedure heeft gevolgd, kunt u nu vele jaren
probleemloos genieten van een geluidsperformance van
optimale kwaliteit. De 1.3 bevat geen onderdelen die
service behoeven. Indien u vermoedt dat er een probleem
is dat alleen maar door de technische service kan worden
opgelost, dient u contact op te nemen met uw winkelier,
installateur of met een bevoegd Harman Kardon
servicecentrum.
U kunt ook contact opnemen met Harman Kardon via het
World Wide Web op het adres www.harmankardon.com.
Het is van groot belang dat eventuele reparaties
uitsluitend worden uitgevoerd door een bevoegd Harman
Kardon servicecentrum, dit om een juiste service en de
geldigheid van uw Beperkte Garantie niet in gevaar te
brengen. Het is een goed idee de verkoopbon of kwitantie
op een veilige plaats te bewaren (samen met deze
handleiding), zodat de aankoopdatum gecontroleerd kan
worden op het moment dat u eventueel aanspraak maakt
op de garantie. 
Bescherming van ingangen/uitgangen
Onder bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld bij
kortsluiting op de luidsprekerkabel, gelijkspanning op een
ingangsaansluiting of thermische overbelasting, zal de
versterker uit zichzelf in een beveiligde stand (protect
mode) gaan, om schade aan de versterker te voorkomen.
Wanneer dit gebeurt, zal het LED-controlelampje
knipperen en afwisselend rood en amber van kleur
worden.
Wanneer dit gebeurt, dient u het apparaat
ONMIDDELLIJK uit te schakelen met de Power-
schakelaar en het probleem te verhelpen. Schakel het
apparaat vervolgens weer in. Indien het apparaat opnieuw
in de protect mode gaat, dient u contact op te nemen met
uw winkelier of installateur.
Schema voor het oplossen van problemen
Hieronder vindt u een korte handleiding voor het opsporen van kleine problemen die zich met audio-apparaten als de 1.3
kunnen voordoen. Voordat u het apparaat voor service retourneert, dient u te controleren of u het probleem met behulp van
onderstaande oplossingen niet zelf kunt oplossen. Indien het probleem met deze oplossingen niet wordt verholpen, dient u
contact op te nemen met de winkelier of met een bevoegd Harman Kardon servicecentrum.
PROBLEEM
De versterker kan niet 
worden ingeschakeld.
De versterker gaat aan, maar er komt geen
geluid uit één of meer kanalen.
• Het geluid is hoorbaar en valt dan weg.
DIAGNOSE
• Power-schakelaar staat niet aan
(Geen rood controlelampje
"Power").
• Kabel voor inschakeling op
afstand (remote trigger) niet
correct aangesloten.
• Ingangen niet aangesloten op
juiste bus.
• Luidsprekers niet correct
aangesloten.
• Onjuiste instellingen of
uitgangsniveaus van processor
of besturingseenheid.
• Versterker kortgesloten (LED
knippert amber en rood).
OPLOSSING
• Zet de Power-schakelaar aan.
• Controleer de aansluiting van de
triggerkabel aan beide uiteinden.
• Controleer de ingangsaansluitingen.
• Controleer de
luidsprekeraansluitingen.
• Controleer de instellingen op uw
voorversterker, processor of
besturingseenheid.
• Controleer de luidsprekeraansluitingen
op kortsluiting.
Vermogensoutput:
High-current capability:
Frequentie-respons:
Bandbreedte:
THD/IMD:
Negatieve feedback:
Ingangsimpedantie:
Ingangsgevoeligheid:
Spanning remote trigger:
Impedantie remote trigger:
Afmetingen (B x H x D):
Gewicht:
Voedingsvereisten:
3 x 100 watt @ 8 ohm
20 Hz - 20 kHz, < 0,03% THD, op alle kanalen
3 x 150 watt @ 4 ohm
20 Hz - 20 kHz, < 0,03% THD, op alle kanalen
± 100 Amp per kanaal
1 Hz - 170 kHz ± 3 dB
1 Hz - > 100 kHz
< 0,03% nominale uitgang
< 25 dB
33 K ohm
1 Volt voor nominale output
6 - 12 Volt gelijkstroom (de tip van de plug moet
"positief" (+) zijn)
20 k ohm
440 x 148 x 330 mm
22,7 kg
230 V c.a./50 Hz/60 Hz
500 watt
Specificaties voorbehouden.
Specificaties Signature 1.3 Meerkanaalsversterker
9
T
echnische specificaties
Page of 12
Display

Harman Kardon SIGNATURE 1.3 (serv.man4) User Manual / Operation Manual ▷ Download