DOWNLOAD Harman Kardon AVR 430 (serv.man11) Service Manual ↓ Size: 1.23 MB | Pages: 54 in PDF or view online for FREE

Model
AVR 430 (serv.man11)
Pages
54
Size
1.23 MB
Type
PDF
Document
User Manual / Operation Manual
Brand
Device
Audio
File
avr-430-sm11.pdf
Date

Harman Kardon AVR 430 (serv.man11) User Manual / Operation Manual ▷ View online

AFSTANDSBEDIENING
13
Afstandsbediening
SPL Keuze: deze toets activeert de EzSet
functie waarmee de uitgangsniveaus van de AVR
430 snel en nauwkeurig gekalibreerd kunnen
worden. Na het indrukken van deze toets kiest u
tussen automatisch EzSet instelling of het
gebruik van de afstandsbediening als handbe-
diende SPL meter door op 
/
¤
E te drukken
tot de gewenste keus in de LC display van de
afstandsbediening verschijnt. Druk op Set
F
om de instelling te activeren en volg de aan-
wijzingen in de display. Complete omschrijving
op pagina 27.
Kanaal Hoger/Lager: deze toets heeft
geen functie in het bedienen van de AVR, maar
wanneer deze geprogrammeerd is voor het
gebruik met een VCR, TV, kabelbox, satellietont-
vanger of soortgelijk product bestuurt deze het
veranderen van het kanaal. Zie pagina 42 – 51
voor meer informatie over het programmeren
van de afstandsbediening.
Muting: druk hierop om het geluid van de
AVR of de TV (afhankelijk van het apparaat dat
gekozen is) tijdelijk uit te schakelen. Wanneer de
afstandsbediening van de AVR geprogrammeerd
is voor gebruik met een ander apparaat, kan
deze toets samen met Ingangskeuze
4 wor-
den ingedrukt om het programmeren te active-
ren. Zie pagina 42 voor informatie over het pro-
grammeren van de afstandsbediening.
EzSet sensor microfoon: achter deze
uitsparing bevindt zich de microfoon voor de
EzSet. Bij gebruik van de afstandsbediening om
de luidsprekerniveaus met EzSet te kalibreren
opletten dat u deze opening niet afdekt. Zie
pagina 27 voor informatie over het gebruik van
EzSet.
Klankregeling: regelt de instelling van de
klankregelfuncties en de instelling van hoge en
lage tonenregeling. Ook kan hiermee de klank-
regeling uit de signaalweg worden genomen
voor een volledig vlakke weergave. De eerste
keer dat de toets wordt ingedrukt verschijnt
TONE I N
(klankregeling in) in de Onderste
display regel ˜ en in beeld. Om de klankre-
geling uit de signaalweg te nemen drukt u op
/
¤
E tot de display 
TONE OUT
(klankre-
geling uit) aangeeft. Om de lage of hoge tonen
in te stellen drukt u weer op deze toets tot de
gewenste optie in de Onderste display regel
˜ verschijnt en vervolgens weer op 
/
¤
E
om de gewenste versterking of verzwakking in
te stellen. Zie pagina 22 voor meer informatie
over de klankregeling.
Opmerking: door op een willekeurige toets te
drukken zal de ingangskeuze
45 relevant
voor de ingedrukte toets kort rood oplichten om
het bevel te bevestigen, mits er een functie voor
die toets is in combinatie met het gekozen appa-
raat.
14
ZONE II AFSTANDSBEDIENING
Zone II afstandsbediening
å Uitschakelen
∫ AVR keuze
ç MG/FM keuze
∂ Ingangskeuze
≠ Afstemmen – versneld
ƒ Opname/pauze
© Voorkeuze/volgende
˙ Volgende disc
î Volume hoger/lager
∆ Vooruit/achteruit afspelen/stop
˚ Muting
Opmerking: wordt de Zone II afstands-
bediening in dezelfde kamer gebruikt als de 
AVR, dan worden de functies van de AVR en de
geschikte Harman Kardon apparaten in die
kamer bestuurd als hiervoor beschreven. Wordt
de Zone II afstandsbediening in een tweede
kamer via een sensor op multi IR
 gebruikt,
dan zullen de transporttoetsen ∂ è ƒ
© de functies van andere apparaten in de cen-
trale kamer besturen. De toetsen voor inschake-
len, bronkeuze, volume, muting en de tuner zul-
len de bron en het volume voor Zone II besturen,
als aangesloten op multi uitgang
. Zie
pagina 38 voor volledige informatie over het
gebruik van het meerkamersysteem.
De Zone II afstandsbediening kan in dezelfde
kamer worden gebruikt waar de AVR staat, of in
een andere kamer met een extra infrarood sen-
sor die verbonden is met de ingang multi IR
van de AVR.
å Uitschakelen: in dezelfde kamer waar de
AVR staat drukt u op deze toets om op standby
te schakelen. Gebruikt in een andere kamer met
een sensor die is verbonden met de ingang
multi IR
 schakelt deze toets het meerkamer-
systeem uit.
∫ AVR: druk hierop om de AVR in te schake-
len. De laatst gebruikte bron wordt automatisch
gekozen.
ç MG/FM Tuner: indrukken om tuner als
bron te kiezen. Nogmaals indrukken schakelt om
tussen MG en FM.
∂ Ingangskeuze: druk op één van deze toet-
sen om in te schakelen en een bepaalde bron te
kiezen. Staat het apparaat al aan, dan wordt
hiermee de bron gekozen.
≠ Afstemmen – versneld afspelen: bij
gebruik in dezelfde kamer als de AVR wordt de
afgestemde frequentie veranderd. Dient ook
voor versneld voor/achteruit afspelen van
geschikte Harman Kardon CD, DVD of
cassettedecks in dezelfde kamer, of vanuit een
andere kamer met een IR link die op de AVR is
aangesloten.
ƒ Opname/pauze: indrukken om op
geschikte Harman Kardon CD, DVD of cassette-
decks de opname of pauze functie te kiezen.
© Voorkeurposities hoger/lager – ga
naar: 
wanneer de tuner van de AVR als bron is
gekozen schakelen deze toetsen door het over-
zicht van de voorkeurposities. Is een CD- of
DVD-speler gekozen, dan schakelt u met deze
toetsen naar het volgende of voorafgaande
nummer of hoofdstuk.
˙ Disk skip: indrukken om een andere 
disk te kiezen op een geschikte Harman Kardon
CD- of DVD-speler.
î Volume hoger/lager: regelt het volume in
de kamer waar de AVR staat. In de andere
kamer wordt het volume in die kamer geregeld,
via een sensor in verbinding met de multi IR
aansluiting.
∆ Afspelen voor/achteruit/stop: indrukken
om een geschikte Harman Kardon CD- of DVD-
speler of –wisselaar, dan wel cassettedeck te
besturen.
˚ Muting: indrukken om het geluid in de
kamer waar de AVR staat tijdelijk uit te schake-
len. In een andere kamer die via de multi IR
aansluiting is verbonden wordt het signaal van
de andere kamer onderbroken. Nogmaals
indrukken om het oorspronkelijke niveau weer te
herstellen.
Belangrijk: ongeacht in welke kamer de Zone II
afstandsbediening wordt gebruikt, net als bij de
afstandsbediening voor de Centrale Kamer is het
belangrijk altijd eerst op de Ingangskeuze 
te drukken om het apparaat te kiezen dat u wilt
bedienen voordat u dat kunt veranderen.
POWER
OFF
MUTE
AVR
AM//FM
VID 1
VID 3
DVD
CD
TAPE
DN
TUNING
PRESET
VOLUME
DISC SKIP
DISC SKIP
UP
DN
UP
VID 4
VID 2
G
A
B
C
D
E
F
H
I
K
J
INSTALLEREN EN AANSLUITEN
15
Plaats het apparaat nadat het uitgepakt is op
een stevige ondergrond en controleer of deze het
gewicht kan dragen. Vervolgens dient het
apparaat aangesloten te worden op de overige
audio- en videoapparatuur.
Aansluiten audioapparatuur
Wij raden u aan uitsluitend signaalkabels van
goede kwaliteit te gebruiken om achteruitgang
van het signaal te voorkomen.
Het is een goede gewoonte om bij het maken of
veranderen van de verbindingen tussen audio-
apparatuur of luidsprekers altijd de stekker uit
het stopcontact te nemen. Daarmee wordt voor-
komen dat er onbedoeld een schakelpuls o.i.d.
naar de luidsprekers gaat, waardoor deze
beschadigd zouden kunnen worden.
1. Sluit de analoge uitgang van een CD-speler op
de CD-ingang 
 aan.
Opmerking: als de CD-speler zowel een vaste als
variabele audio-uitgang heeft, kunt u het beste de
vaste uitgang gebruiken, tenzij het signaal om wat
voor reden dan ook in niveau aangepast dient te
worden aan dat van andere bronnen.
2. Verbind de analoge uitgangen PLAY/OUT van
en cassettedeck, MD, CD-R of andere audiorecor-
der met de tape ingang
. Verbind de analo-
ge ingangen RECORD/IN met de uitgangen
Tape uitgang
 op de AVR.
3. Verbind de digitale uitgang van een digitale
bron zoals een CD of DVD speler of wisselaar,
videospelletje, digitale satellietontvanger, HDTV
ontvanger of digitale settop box, dan wel de uit-
gang van een geschikte computer geluidskaart
met de Optisch of Coax Digitale Ingangen
   *Ó.
4. Verbind de Coax of Optische digitale uit-
gangen
 op de achterzijde van de AVR met
de overeenkomstige digitale ingangen van een
CD-R of MiniDisc recorder.
5. Installeer de bij het apparaat geleverde MG
kamerantenne als hieronder aangegeven. Sluit
deze aan op de schroefklemmen AM en GND
.
6. Sluit de bijgeleverde FM-antenne aan op FM
(75 ohm) ingang
 . De FM-antenne kan een
externe dakantenne, een draadantenne binnens-
huis zijn, of een aansluiting op het kabelsysteem.
Als de antenne is aangesloten via een lintkabel
van 300 ohm, dient een 300 ohm/75 ohm adap-
ter gebruikt te worden.
7. Sluit de luidsprekers aan op de front, centrum
en surround luidsprekeruitgangen 
$&#'.
Voor een optimale signaaloverdracht naar de
luidsprekers, adviseren wij luidsprekerkabels van
goede kwaliteit te gebruiken. Er zijn vele merken
kabels leverbaar en de keuze van een kabel kan
worden beïnvloed door de afstand tussen uw
luidsprekers en de receiver, het type luidsprekers
dat u gebruikt, uw persoonlijke voorkeur en
andere factoren. Uw leverancier of installateur
kan u helpen bij het kiezen van de juiste kabel.
Een kabel met een doorsnede van 1,5 mm
2
kan
voor korte afstanden (minder dan 4 m) worden
gebruikt. Wij raden aan om geen kabels met een
doorsnede van 1 mm
2
of minder te gebruiken,
vanwege vermogensverlies en de teruggang in
prestatie die zich zal voordoen.
Kabel die door een muur gaat dient van een keur-
merk voorzien te zijn, ten teken dat deze aan alle
eisen voldoet. Wend u zonodig tot uw installateur
of een erkend elektriciën die op de hoogte is van
de plaatselijke bouwvoorschriften met vragen
over kabel die door de muur wordt gevoerd.
Bij het aansluiten van de luidsprekerkabels op de
juiste polariteit letten. Merk op dat de positieve
(+) pool van elke luidsprekeruitgang een specifie-
ke kleurcode draagt als aangegeven op pagina 7.
De meeste luidsprekers maken echter gebruik
van een rode aansluiting voor de plus (+).
Verbind de zwarte negatieve (-) pool van de
luidsprekers met de zwarte aansluitingen op de
versterker.
Opmerking: hoewel de meeste luidsprekerfabri-
kanten zich houden aan de industriële standaard
waarbij zwarte aansluitingen voor de negatieve
draad en rode voor de positieve draad worden
gebruikt, kunnen sommige fabrikanten van deze
configuratie afwijken. Om een goede fase en opti-
male prestaties te verzekeren, het typeplaatje op
uw luidspreker of de handleiding van de luidspre-
kers controleren op de polariteit. Als u niet weet
wat de polariteit van uw luidspreker is, vraag dan
uw leverancier om advies voordat u verder gaat
met de aansluiting, of raadpleeg de fabrikant/
importeur van de luidsprekers.
Gebruik ook bij voorkeur identieke kabellengten
voor het aansluiten van de luidsprekerparen.
Gebruik bijvoorbeeld dezelfde lengte voor de luid-
sprekers linksvoor en rechtsvoor en voor surround
links en surround rechts, ook als de luidsprekers op
verschillende afstanden van de AVR staan.
8. De subwoofers worden gewoonlijk aange-
sloten via een lijnniveau audio aansluiting van de
subwooferuitgang
! met een subwoofer met
een ingebouwde versterker. Als er een passieve
subwoofer wordt gebruikt, gaat de uitgang naar
een eindversterker, waarop dan één of meer sub-
woofers worden aangesloten. Gebruikt u een
actieve subwoofer zonder lijnniveau ingangen,
lees dan de instructies die bij de luidspreker zijn
gevoegd voor informatie over de aansluiting.
9. Verbind de 5.1 of 7.1 uitgangen van een meer-
kanaals audiobron zoals een externe  digitale
processor/decoder, DVD-Audio of SACD speler,
met de 8-Kanaals Directe Ingang
.
Aansluitingen van video-
apparatuur
Videoapparatuur wordt op dezelfde manier aan-
gesloten als audiocomponenten. Het gebruik van
signaalkabel van goede kwaliteit is belangrijk
voor het behoud van de signaalkwaliteit.
1. Verbind de audio- en video Play/Out uitgan-
gen met de Video 1 of Video 2 In ingangen
 op de achterzijde. De audio en video
Record/In ingangen van de VCR worden ver-
bonden met de Video 1 of Video 2 Out uit-
gangen
 van de AVR.
2. Verbind de analoge audio en video uitgangen
van een satellietontvanger, kabel-TV converter,
televisie, of enig andere videobron met de 
Video 3 ingangen
.
3. Verbind de analoge audio- en video-uitgangen
van een DVD- of laserdiscspeler met de 
DVD-ingang
.
4. Verbind de digitale audio uitgangen van een
CD- of DVD-speler, satellietontvanger, kabel- of
HDTV-converter aan op de juiste Optische of
Coaxiale digitale ingangen 
*Ó.
5. Verbind de Composiet en S-Video (indien 
S-Video wordt gebruikt) Monitor Uitgang
op de achterzijde van de receiver met de compo-
siet of S-Video ingang van de televisie of video-
projector.
6. Wanneer uw DVD-speler Y/Pr/Pb analoge com-
ponent video-uitgangen heeft verbindt u deze
met de Component Video 1 Ingang
.
Hoewel deze ingang aan elk van de vier video-
ingang van de AVR kan worden toegewezen, is
op de fabriek de standaard instelling DVD
Audio Ingang 
 gemaakt. Vergeet niet een
digitale audioverbinding te maken tussen de
DVD-speler en de AVR via de Coax Digitale
Ingang 1
, eveneens de standaard fabrieks-
instelling. Voor het wijzigen van de toewijzing
van de ingangen van zowel de component video-
als de audio-aansluiting van de DVD-speler, zie
pagina 20.
Installeren en Aansluiten
16 INSTALLEREN EN AANSLUITEN
Installeren en Aansluiten
Scart A/V-aansluitingen
Voor alle hiervoor omschreven verbindingen
gebruikt uw videoapparaat cinch-aansluitingen
en/of S-video aansluitingen, zowel voor de
audio- als de videosignalen: elk normaal video-
apparaat (niet S-VHS of High 8) gebruikt voor
alleen afspelen 3 cinch verbindingen; videorecor-
ders voor afspelen en opnemen zelfs 6 cinch ver-
bindingen. Alle S-video-apparaten (S-VHS, High
8) hebben 2 cinch (audio) en 1 S-video verbin-
ding nodig voor afspelen, of 4 cinch (audio
in/uit) en 2 S-video (video in/uit) verbindingen
als het een videorecorder betreft.
Veel Europese videoapparaten zijn maar ten dele
voorzien van cinch of S-video aansluitingen, niet
voor alle audio- en video in- en -uitgangen die
nodig zijn als eerder beschreven, maar via een
zogeheten Scart of Euro-AV connector, een vrij-
wel haakse plug met 21 pennen, zie afbeelding.
In dat geval zijn de volgende scart/cinch-adap-
ters of kabels nodig:
• Voor weergave van satellietontvangers,
camcorders, DVD- of LD-spelers, een adapter van
scart naar 3 cinch pluggen, zie afbeelding 1
(normale videoapparaten), of van scart naar 2
cinch +1 S-video stekkers, zie afbeelding 4 
(S-videoapparaten).
• HiFi-videorecorders hebben een adapter van
scart naar 6 cinch pluggen nodig, zie afbeelding
2 (normale video), of van scart naar 4 audio +2
S-video pluggen, zie afbeelding 5 (S-video VCR).
Lees de instructies bij de adapter zorgvuldig, om
vast te stellen welke van de zes stekkers voor
het opnamesignaal is (aansluiten op de uitgan-
gen van de AVR) en welke voor het weergavesig-
naal van de videorecorder (aansluiten op de
Ingangen van de AVR). Maak onderscheid tussen
audio- en videosignalen. Aarzel niet uw leveran-
cier te raadplegen indien u twijfels heeft.
• Gebruikt u uitsluitend normale videoappara-
ten, dan is voor de TV-monitor een adapter van
3 cinch pluggen naar scart nodig (zie afbeelding
3). Gebruikt u ook S-video apparaten, dan is een
extra adapter van 2 cinch + 1 S-video plug naar
scart nodig (afbeelding 6), verbonden met de
scart-ingang van uw TV, geschikt voor S-video.
Alleen de videopluggen (de ‘gele’ cinch pluggen
in afbeelding 3 en de S-video plug in afbeelding
6) worden aangesloten op de TV/Monitor
Uitgang
 en het volume van de TV wordt
geheel teruggedraaid.
Belangrijke opmerking over
adapterkabels
Wanneer de cinch aansluitingen van de adapter
die u gebruikt gemarkeerd zijn, sluit de audio en
video ingangspluggen dan altijd aan op de
audio en video uitgangen van de AVR en omge-
keerd. Is dat niet het geval, let dan op de sig-
naalrichting zoals die is aangegeven in boven-
staande afbeeldingen en in de aanwijzingen bij
de adapter. Heeft u twijfels, aarzel dan niet uw
leverancier om inlichtingen te vragen.
Belangrijke opmerkingen over S-video
1. Alleen de S-video in/uit van S-video appara-
tuur mag verbonden worden met de AVR, NOOIT
zowel de normale als de S-video aansluitingen,
uitgezonderd de TV, zie punt 2.
Wanneer beide aansluitingen gemaakt zijn zal
alleen het S-Video signaal zichtbaar gemaakt
worden.
2. Net als alle normale AV apparatuur zet de
AVR het composiet videosignaal niet om naar 
S-Video, maar wèl omgekeerd. Wanneer zowel
video als S-video bronnen gebruikt worden, die-
nen dus beide verbindingen van de AVR naar de
TV gemaakt worden, waarbij ook de juiste
ingang op de TV gekozen wordt.
7. Gebruikt u nog andere apparaten met Y/Pr/Pb
of RGB component video-uitgang, verbind deze
bron dan met de Component Video 2 Ingang
. De audio-verbindingen kunnen naar elke
Video Audio Ingang
Ô of de Optisch
of Coax Digitale Ingangen
geleid worden. Bij gebruik van één van de
Component Video ingangen controleren of de
audio- en video-ingangen correct zijn gecon-
figureerd in het 
INPUT SETUP
menu als
beschreven op pagina 20.
8. Indien de component video-ingangen gebruikt
worden, sluit dan de Component video-uit-
gangen
 aan op de component video-ingan-
gen van uw TV, projector of weergave-apparaat.
9. Gebruikt u een camcorder, videospelletje of
ander audio/video apparaat dat is zo nu en dan
tijdelijk wordt aangesloten op de AVR, verbind
de audio, video en digitale audio uitgangen van
dat apparaat dan met de Front Ingangen
*ÓÔ. Een op Video 4 ingang Ô aange-
sloten apparaat wordt gekozen als Video 4
ingang en aangesloten op de digitale ingan-
gen 
*Ó gekozen als 'Optisch 3' of 'Coax 3'
ingang. Zie pagina 20 voor nadere informatie
over de configuratie van de ingangen.
Opmerkingen over video-aansluitingen:
• Y/Pr/Pb Component, RGB (zie pagina 17),
S-Video of Composiet videosignalen kunnen
alleen in hun oorspronkelijke vorm worden
bekeken en worden niet omgezet naar andere
formaten. S-Video signalen worden naar compo-
siet omgezet. De in-beeld display verschijnt in
elk geval op het scherm, wanneer S-Video of
Video op de TV is gekozen.
• Wanneer de component video-aansluitingen
gebruikt worden zullen de on-screen menu’s niet
zichtbaar zijn. U moet overschakelen op de stan-
daard composiet of S-video ingang van uw TV
om deze menu’s te zien.
• Alle component in- en uitgangen kunnen ook
voor RGB signalen worden gebruikt, op dezelfde
wijze als beschreven voor de Y/Pr/Pb signalen,
en verbonden met de aansluitingen van over-
eenkomstige kleur.
Maar dat werkt alleen zolang de drie RGB video-
signalen door de bron worden afgegeven, alleen
met een sync signaal in het ‘G’ signaal, zonder
een afzonderlijk sync signaal van de bron.
Page of 54
Display

Click on the first or last page to see other AVR 430 (serv.man11) service manuals if exist.