DOWNLOAD Harman Kardon AVR 135 (serv.man11) Service Manual ↓ Size: 947.05 KB | Pages: 42 in PDF or view online for FREE

Model
AVR 135 (serv.man11)
Pages
42
Size
947.05 KB
Type
PDF
Document
User Manual / Operation Manual
Brand
Device
Audio
File
avr-135-sm11.pdf
Date

Harman Kardon AVR 135 (serv.man11) User Manual / Operation Manual ▷ View online

BEDIENING 29
Bediening 
Belangrijk: Wanneer een digitale surround bron
(Dolby Digital, DTS) wordt afgespeeld zullen de
letters SBL/SBR voor de surround achter kanalen
alleen verschijnen bij een DTS-ES DISCRETE 6.1
bron. Deze functie wordt dan in de display aan-
gegeven en in-beeld. Bij alle andere opnamen
kunnen de indicaties voor de achter surround
luidsprekers oplichten (mits deze luidsprekers
geconfigureerd zijn) om aan te geven dat er een
signaal naar toe gaat (matrix gedecodeerd met
NEO:6, LOGIC 7 of 7 Kan. Stereo) maar geen let-
ters lichten op wanneer de AVR geen ingangssig-
naal ontvangt voor de surround achter kanalen.
Luidsprekers/kanaal functie $ knipperen
ook om aan te geven wanneer een bitstream
onderbroken wordt. Dat gebeurt wanneer een
digitale ingang voor het afspelen gekozen is, of
wanneer een digitale bron zoals een DVD op
pauze staat. De knipperende indicaties wijzen
erop dat het afspelen is onderbroken door de
afwezigheid van een digitaal signaal en niet door
een fout in de AVR. Dit is normaal en de digitale
weergave zal hervat worden zodra het afspelen
opnieuw gestart wordt.
Nachtfunctie
Een speciale functie van Dolby Digital. Deze func-
tie stelt u in staat om Dolby Digital bronnen
volledig verstaanbaar af te spelen, maar met
beperkte maximale piekniveaus, terwijl de zwak-
ke signalen 1/4 tot 1/3 opgetrokken worden. Dat
vermijdt dat abrupt luide overgangen anderen
storen, zonder de impact van de digitale bron te
beperken. De nachtfunctie is alleen beschikbaar
wanneer de Dolby Digital functie gekozen is.
De nachtfunctie kan worden gekozen wanneer
een Dolby Digital DVD speelt door op nacht-
functie
B op de afstandsbediening. Druk ver-
volgens op 
/
¤
D om de gematigde of de
volledige compressie (medium of full) van de
nachtfunctie te kiezen. Om de nachtfunctie uit te
schakelen drukt u op 
/
¤
D tot de aanwijzing
onderin de video display en de display ˜ 
D-RANGE OFF
.
De Nacht Functie kan ook permanent op het
gewenste compressie niveau worden gekozen
zodra de Dolby Digital functie wordt geactiveerd
via de opties in het 
DOLBY
menu. Zie pagina
19 voor informatie over het menu voor deze
optie.
BELANGRIJK BIJ DIGITALE WEERGAVE
1. Wanneer de digitale bron stopt, in pauze, in de
functie snel zoeken of hoofdstuk zoeken staat,
zullen de digitale gegevens tijdelijk stoppen en
de kanaalposities in de luidspreker/kanaal
functie 
$ zullen knipperen. Dit is normaal en
wijst niet op een probleem met de AVR of met de
bron. De AVR zal, zodra de gegevens weer
beschikbaar zijn en wanneer het apparaat weer
op afspelen staat, naar de normale digitale weer-
gave terugkeren.
• Hoewel de AVR bijna alle DVD films, CD’s en
HDTV bronnen kan decoderen, is het mogelijk dat
sommige toekomstige digitale formaten niet
compatibel zijn met de AVR.
• Denk er aan dat niet alle digitaal gecodeerde
programma’s en niet alle audionummers op een
DVD volledig 5.1 of 6.1-kanaals audio bevatten.
Raadpleeg de handleiding van het programma bij
uw DVD of laserdisc om na te gaan welk type
audio op de disc is opgenomen. De AVR herkent
automatisch het type digitale surround codering
en geeft dat aan in de Kanaal Indicaties $ en
stelt zich hierop in.
• Wanneer een Dolby Digital of DTS bron speelt
kunnen normaal gesproken geen analoge sur-
round functies als Dolby Pro LogicII, Dolby 3
Stereo, Hall, Theater, 5Kan/7Kan Stereo of Logic 7
worden gekozen, uitgezonderd met Dolby Digital
2.0 opnamen, die met Dolby Por Logic II afge-
speeld kunnen worden. Zie pagina 27.
• Wanneer een Dolby Digital of DTS bron speelt
kan een analoge opname NIET worden gemaakt
via de Tape uitgangen
 of Video 1 of
Video 2
  uitgangen, ook wanneer de bron
is verbonden met een digitale ingang op de AVR,
zolang 'Surround Off' is gekozen (kan alleen met
een PCM bron). Maar het analoge tweekanaals
signaal, zelfs van een Dolby Digital bron (geen
DTS), de 'Downmix' naar Stereo of Dolby
Surround, kan worden opgenomen door de
analoge audio uitgangen met de juiste analoge
ingangen (DVD bijvoorbeeld) van de AVR, van de
AVR te verbinden. Bovendien worden de digitale
signalen doorgegeven naar de digitale audio
uitgangen
.
Opnemen op cassette
Bij normaal gebruik worden de audio en video
signalen die op de AVR voor kijken en luisteren
zijn gekozen door gestuurd naar de opname uit-
gangen. Dat betekent dat elk programma waar u
naar kijkt of luistert simpelweg kan worden
opgenomen door recorders aan te sluiten op de
uitgangen Tape Outputs 
 of Video 1 of 
2 Outputs
.
Wordt een digitale audiorecorder aangesloten op
één van de digital audio uitgangen
 dan
kunt u de digitale signalen opnemen met CD-R,
MiniDisc of ander digitaal opnamesysteem. Denk
er aan dat alle digitale signalen worden doorge-
stuurd naar zowel de coax als optisch digitale
uitgangen, ongeacht het type digitale ingang dat
werd gekozen.
Opmerkingen:
• De digitale uitgangen zijn alleen actief wanneer
er een digitaal signaal aanwezig is en ze zetten
een analoog ingangssignaal niet naar een digitaal
uitgangssignaal om, noch veranderen zij het for-
maat van het digitale signaal (b.v. Dolby Digital
naar PCM of vice versa, maar coax digitale signa-
len worden naar optisch omgezet en omgekeerd).
Bovendien dient de digitale recorder compatibel te
zijn met het uitgangssignaal. Voorbeeld: het PCM
digitale uitgang van een CD-speler kan opgeno-
men worden op een CD-R of MiniDisc, maar Dolby
Digital of DTS-signalen niet.
• Het maken van een analoge opname van een
digitale bron is mogelijk, maar alleen van een
PCM bron (geen Dolby Digital of DTS) en alleen
correct wanneer 'Surround Off' is gekozen. Met
elke andere Surround functie worden alleen de
front L/R signalen naar de opname gestuurd.
Instelling Uitgangsniveau 
Het normale weergaveniveau van de AVR wordt
ingesteld met behulp van het testsignaal, als
beschreven op pagina 23. In sommige gevallen
echter, is het wenselijk om de weergaveniveaus
aan te passen aan de diverse programma’s waar
u bekend mee bent. Verder kunnen de weergave
niveaus voor de subwoofer en de Stereo and
VMAx functies alleen maar via deze procedure
aangepast worden.
Om de weergaveniveaus aan programma’s aan te
kunnen passen, dient eerst de surroundfunctie
waarin u de luidsprekers wilt afstellen (zie opmer-
king hieronder) gekozen te worden. Start vervol-
gens het door u gekozen programma en stel, met
volume
) het referentie niveau voor de front
luidsprekers links en rechts in.
Als het referentieniveau eenmaal is ingesteld,
drukt u op kanaalkeuze
C Ù waarop
FRONT L LEVEL
verschijnt in de display
˜. Om het niveau te veranderen drukt u eerst
op instellen
F@ en vervolgens gebruikt u de
insteltoetsen 7 of 
/
¤
D om het niveau
te verhogen of te verlagen. Gebruik NIET de volu-
meregelaar, want dit zal de referentie instelling
wijzigen. Druk op de toets instellen
F @,
zodra de wijziging doorgevoerd is en druk vervol-
gens op de insteltoetsen 7 of 
/
¤
D om
de locatie van zonodig een ander kanaal dat u
wenst aan te passen, te kiezen. Om het niveau
van de subwoofer aan te passen, drukt u op de
insteltoetsen 7 of 
/
¤
D tot de aanwij-
zing 
WOOFER LEVEL
in de display ˜ of op
de in-beeld display verschijnt (alleen van toe-
passing indien de subwoofer geactiveerd is).
Druk, zodra de naam van het gewenste kanaal in
de display ˜ en in beeld verschijnt, op in-
stellen
F@ en volg de instructies op.
Herhaal deze procedure zonodig om alle kanalen
in te stellen. Wanneer alle instellingen zijn
gemaakt en gedurende vijf seconden worden
geen correcties meer gemaakt keert de AVR terug
naar normaal gebruik.
30 BEDIENING / BIJZONDERE FUNCTIES
Bediening 
De kanaaluitgang gekoppeld aan welke ingang
dan ook, kan ook aangepast worden m.b.v. het
menu systeem ‘volledig in-beeld display’. Stel
allereerst met volume ı
) op een plezierig
geluidsniveau in. Druk vervolgens op
in-beeld display 
L om in het hoofdmenu
MASTER MENU
(Afb.1) te komen. Druk daarna
op 
¤
four times until the on-screen 
➞ naast de
regel 
CHANNEL ADJUST
(KANAALKEUZE)
staat. Druk op de toets instellen
F om het
menu 
CHANNEL ADJUST
(KANAALKEUZE)
(Afb. 10) te activeren.
Afbeelding 10
Zodra het menu verschijnt wordt het testsignaal
uitgeschakeld. Op die manier kan ook een exter-
ne test-CD of ander bronmateriaal als testsignaal
worden gebruikt. Gebruik vervolgens 
/
¤
D
om de kanalen te kiezen die u wilt corrigeren.
Gebruik bij elk kanaal de 
/
E& toetsen
om het uitgangsniveau te wijzigen.
Onthoud wanneer u een disc met een testsignaal
gebruikt (b.v. roze ruis) of een externe testgene-
rator, dat het er om gaat alle kanalen op de luis-
terpositie met gelijke sterkte te horen, ongeacht
welke surround functie is gekozen. Gebruikt u
een gewone disc met muziek als testsignaal dan
kunt u het niveau van elk kanaal naar eigen
inzicht instellen, en u kunt bijvoorbeeld het cen-
trum kanaal wat zachter zetten of de achter
kanalen wat luider omdat u deze in bepaalde
omstandigheden wat te zacht vindt.
Wanneer u alle niveaus terug wilt zetten in de
fabrieksinstelling en 0 dB offset, drukt u op 
/
¤
D tot de in-beeld cursor naast
CHANNEL RESET
staat en u drukt op 
/
E& zodat 
O N
(aan) oplicht. Nadat de
niveaus zijn teruggezet hervat u de procedure
om de gewenste niveau instellingen te maken.
Wanneer alle aanpassingen gerealiseerd zijn,
drukt u op 
/
¤
D om de cursor ➞ in beeld
naar de positie 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar menu) te verplaatsen, en druk om in
het hoofdmenu andere aanpassingen te maken
op instellen
F. Indien u geen verdere aan-
passingen wenst te maken, dan drukt u op de
toets in-beeld display
L om het menu-
systeem te verlaten.
Opmerking: de uitgangsniveaus kunnen voor
iedere digitale en analoge surroundfunctie afzon-
derlijk ingesteld worden. Indien u andere niveaus
voor een specifieke functie wenst, kies dan die
functie en volg stapsgewijs bovengenoemde
instructies.
Met de Stereo en VMAx functies is de hiervoor
beschreven procedure de enige manier om de uit-
gangsniveaus in te stellen, b.v. om de niveaus van
Stereo en VMAx aan de andere aan te passen.
Geheugenbeveiliging
Dit product is uitgerust met een geheugenbevei-
liging die de opgeslagen zenders van de tuner en
de systeemconfiguratie vasthoudt als het appa-
raat helemaal wordt uitgeschakeld, de stekker uit
het stopcontact wordt genomen of wanneer de
netspanning uitvalt. Dit geheugen blijft ca.
2 weken behouden; daarna dient alle informatie
opnieuw te worden ingevoerd.
BIJZONDERE FUNCTIES 31
Bijzondere functies
De AVR 135 is voorzien van een aantal geavan-
ceerde functies, die het apparaat extra flexibel
maken. Ook al is het niet noodzakelijk om deze
extra’s altijd te gebruiken, toch bieden zij vele
extra keuzemogelijkheden, die u wellicht goed
van pas komen.
Display Dimmer
Bij normaal gebruik blijven de display en de indi-
caties op de voorzijde op volle sterkte branden.
U kunt ze echter ook dimmen of uitschakelen als
beschreven op pagina 31. Nog een andere optie
is dat de displays alleen ingeschakeld worden
wanneer op een toets op het front of op de
afstandsbediening wordt gedrukt en dan na een
vaste periode weer uitschakelt.
Om de display op het front op de fade functie 
te zetten drukt u op OSD
L om het hoofd-
menu in beeld op te roepen. Druk op 
/
¤
Navigatie
D om de ➞ cursor op de regel
ADVANCED
staat en druk op Set
F om het
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies)
te kiezen (afb. 11).
Afbeelding 11
Met 
ADVANCED SELECT
in beeld drukt u
op 
/
¤
Navigatie
D zodat de ➞ cursor
naar de regel 
VFD FADE TIME OUT
gaat.
Vervolgens drukt u op 
/
Navigatie
E&
zodat de tijd wordt ingesteld die de displays blij-
ven branden wanneer op een toets werd
gedrukt.
Is die tijd ingesteld en het apparaat weer in nor-
maal gebruik teruggekeerd, dan blijven de dis-
plays branden gedurende de gekozen tijd telkens
wanneer een toets op het front of op de
afstandsbediening wordt ingedrukt. Daarna
doven de displays langzaam met uitzondering
van de verlichting rond Standby/In 3 die u er
aan herinnert dat de AVR aan staat. Denk er aan
dat de Fade functie niet werkt wanneer de dis-
plays geheel uitgeschakeld zijn met de toets
Dimmer als aangegeven op pagina 31.
Wilt u nog andere instellingen maken in het
ADVANCED SELECT
menu druk dan op
/
¤
Navigatie
D om de ➞ cursor naast
het gewenste item te verplaatsen of naast
BACK T O MASTER MENU
om vervolgens
op Set
F te drukken om een correctie in een
ander menu te maken. Bent u gereed met alle
instellingen druk dan op OSD
L om het
menusysteem te verlaten.
Helderheid display
De display ˜ op het frontpaneel van de 
AVR is standaard ingesteld op een helderheidsni-
veau dat voldoende is om de informatie in een
normaal verlichte ruimte te kunnen lezen. Het is
echter mogelijk dat u onder bepaalde omstan-
digheden de helderheid tijdelijk wilt wijzigen, of
zelfs geheel wilt uitschakelen.
Om de ingestelde helderheid van de display 
voor een specifieke luistersessie te wijzigen,
dient u een aanpassing te maken in het menu
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies).
Om die instellingen te activeren drukt u op in-
beeld display
L om het 
MASTER MENU
(hoofdmenu) in beeld te brengen. Druk op 
D tot de cursor ➞ naast de regel 
ADVAN-
CED
(bijzonder) staat. Druk op instellen
F
om het menu 
ADVANCED SELECT
(bijzon-
dere functies - Afb. 11) te activeren.
Om de helderheid in het menu 
ADVANCED
SELECT
(bijzondere functies) te wijzigen,
dient de cursor 
➞ (in beeld) naast de regel 
VFD
te staan en druk vervolgens op 
& tot
het gewenste niveau van helderheid in beeld
wordt aangegeven. Wanneer 
FULL
(volledig)  
verschijnt, zal de display de normale helderheid
hebben. Is 
HALF
(half) Verschijnt 
HALF
(medi-
um), dan zal de display met halve helderheid
oplichten. Is 
O F F
(uit) Verschijnt 
O F F
(uit),
dan zullen alle indicaties in de display ˜ doven.
De helderheid van de display kan ook gecorri-
geerd worden door op Dimmer
, te drukken,
als beschreven op pagina 11.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op 
/
¤
D tot de in beeld
cursor 
➞ naast de gewenste instelling staat, of
op de regel 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar hoofdmenu) en druk dan op instel-
len
F. Zijn er geen andere instellingen meer
te maken, druk dan op in-beeld display
L
om het menusysteem te verlaten.
Zodra het gewenste helderheidsniveau gekozen
is, zal deze instelling van kracht blijven tot een
wijziging plaatsvindt of het systeem uitgescha-
keld wordt.
Volume bij inschakeling
Net als bij de meeste audio/video receivers, zal
de AVR, zodra deze uitgeschakeld wordt, de
positie van de volumeregelaar onthouden. Om
een standaard instelling te krijgen die altijd als u
het systeem aanzet, wordt geactiveerd, dient u
het menu 
ADVANCED SELECT
(bijzondere
functies) aan te passen. Druk op in-beeld dis-
play
L om het 
MASTER MENU
(afb. 1) op
te roepen. Druk op 
D tot de cursor ➞ in
beeld naast 
ADVANCED SELECT
staat.
Druk op de toets instellen
F om in het menu
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies -
Afb. 11) te komen. Zorg ervoor dat de cursor 
in beeld naast de regel standaardinstellingen
volume 
staat. Zonodig drukt u op 
/
¤
tot de
gewenste regel gemarkeerd is. Druk vervolgens
op de toets 
D tot het woord 
ON
(aan) in
beeld verschijnt.
Druk dan één keer op de toets 
¤
D zodat de
cursor 
➞ (in beeld) naast de regel 
DEFAULT
VOL SET
(instelling standaard volume) staat.
Om het gewenste standaard volume bij het aan-
zetten van het systeem in te stellen, drukt u
meermaals op 
/
E&, of u houdt deze
ingedrukt, tot het gewenste volume in de regel
DEFAULT VOL SET
(instelling standaard
volume) aangegeven wordt. Merk op dat deze
instelling niet met de reguliere volume knoppen
wordt ingesteld.
Opmerking: omdat de instelling van het volume
bij het aanzetten van het systeem niet hoorbaar is
op het moment dat u de instelling maakt, kan het
verstandig zijn de instelling van het volume tevo-
ren te bepalen. Luister daarvoor naar een willekeu-
rige bron, stel het volume met de reguliere volu-
meregelaar 
) in. Zodra het door u gewenste
volume bereikt is, maakt u een notitie van deze
instelling zodra deze op het onderste derde deel
van de display ˜ verschijnt (het typische volume
verschijnt als negatief nummer, bijv. -25 dB).
Wanneer de aanpassingen worden uitgevoerd,
maak dan gebruik van toetsen 
/
E& om
deze instellingen in te voeren. In tegenstelling tot
de andere instellingen in het hoofdmenu, blijft het
standaard ingestelde volume van kracht tot deze in
dit menu uitgeschakeld is. Deze instelling blijft
derhalve behouden, ook nadat het systeem uit-
geschakeld is.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op 
/
¤
D tot de in beeld
cursor 
➞ naast de gewenste instelling staat, of
op de regel 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar hoofdmenu) en druk dan op 
instellen
F. Zijn er geen andere instellingen
meer te maken, druk dan op in-beeld display
L om het menusysteem te verlaten.
Gedeeltelijke in-beeld display
Het gedeeltelijk in-beeld display systeem laat,
zodra het volume, de ingangskeuze, de surround-
functie of de afgestemde frequentie, of welke
andere configuratie instelling dan ook gewijzigd
is, in één regel in het onderste deel van het beeld
de status zien. Het gedeeltelijk in-beeld display
systeem is handig omdat het via het beeld infor-
matie over alle wijzigingen en instellingen ver-
schaft, welke op het front moeilijk leesbaar zijn.
Het kan echter zijn dat u deze displays soms,
voor bepaalde luistersessies, uit wenst te schake-
len. Ook kan de duur dat de informatie in beeld
staat worden aangepast. Beide opties zijn bin-
nen de AVR mogelijk.
Om het gedeeltelijk in-beeld display systeem
uit te schakelen, dient u binnen het menu
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies -
Afb. 11) aanpassingen te maken. Om de correc-
tie te activeren drukt u op in-beeld display
L om het 
MASTER MENU
(hoofdmenu) in
32 BIJZONDERE FUNCTIES
Bijzondere functies
beeld te krijgen. Druk op 
D tot de in-beeld
cursor
➞ naast de regel 
ADVANCED
staat.
Druk op instellen
F om het menu 
ADVAN-
CED SELECT
(bijzondere functies) op te
roepen.
Overtuig uzelf ervan dat binnen het menu
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies)
de cursor 
➞ (in beeld) naast de regel 
SEMI
OSD
(gedeeltelijk in-beeld standaard instelling)
staat. Druk indien nodig op de toetsen 
/
¤
D.
Druk vervolgens op de toets 
& zodat het
woord 
OFF
(uit) in beeld verschijnt.
Merk op dat deze instelling slechts tijdelijk is en
alleen actief is tot de instelling gewijzigd wordt of
de AVR uitgeschakeld wordt. Zodra het systeem uit-
geschakeld is, zal de gedeeltelijke in-beeld display
de voorkeur houden, zelfs indien dit in de voor-
gaande luistersessie uitgeschakeld werd.
Om de tijdsduur dat het gedeeltelijke in-beeld
display in beeld verschijnt te wijzigen, gaat u
naar het menu 
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies), als hierboven beschreven.
Druk op de toetsen 
/
¤
D tot de cursor ➞
(in beeld) naast de regel 
SEMI OSD TIME
OUT
(gedeeltelijk in-beeld standaard instelling)
staat. Druk zonodig op de toetsen 
/
¤
. Druk
vervolgens op de toetsen 
/
E& tot de
gewenste tijd in seconden wordt aangegeven.
Merk op dat dit, in tegenstelling tot de meeste
andere opties in dit menu, een permanente wijzi-
ging van de instelling is en dat de invoer van de
vervaltijd van kracht blijft tot deze gewijzigd
wordt. Deze instelling blijft bestaan, ook als het
systeem uitgeschakeld wordt.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op 
/
¤
D tot de in beeld
cursor 
➞ naast de gewenste instelling staat, of
op de regel 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar hoofdmenu) en druk dan op instel-
len
F. Zijn er geen andere instellingen meer te
maken, druk dan op in-beeld display
L om
het menusysteem te verlaten.
Aanpassen van de volledige 
in-beeld duur (‘time-out’)
Het systeemmenu 
FULL OSD
(volledig in-
beeld) wordt gebruikt om het wijzigen van instel-
lingen van de AVR via een aantal in-beeld menu’s
te vereenvoudigen. De door de fabrikant ingestel-
de standaard instelling laat de menu’s, wanneer
gedurende 20 seconden geen activiteit plaats-
vindt verdwijnen. Deze vervaltijd is een beveili-
ging om inbranden van de tekst op het beeld-
scherm te voorkomen. Desgewenst kan de duur
van het menu in beeld aan de wensen worden
aangepast.
Om de vervaltijd van het 
FULL OSD
(volledig
in-beeld) te wijzigen, gaat u naar het menu
ADVANCED SELECT
(bijzondere functies -
Afb. 11). Om het instellen te starten drukt u 
op in-beeld display
L om het 
MASTER
MENU
op te roepen. Druk tweemaal op 
D
tot de cursor 
➞ in beeld op de regel 
ADVAN-
CED SELECT
staat. Druk op instellen
F
om in het menu 
ADVANCED SELECT
(bij-
zondere functies - Afb. 11) te komen.
In het menu 
ADVANCED SELECT
(bijzon-
dere functies) controleert u dat de cursor u (in
beeld) naast de regel 
FULL OSD TIME OUT
(volledig in-beeld) staat. Dit kan zonodig met de
toetsen 
/
¤
D. Druk vervolgens op de toetsen
/
E& tot de gewenste tijd in seconden
wordt aangegeven. Merk op dat dit, in tegenstel-
ling tot de meeste andere opties in dit menu, een
permanente wijziging van de instelling betreft en
dat de invoer van de vervaltijd van kracht blijft is
tot deze gewijzigd wordt. Deze instelling blijft
dus ook gelden als het systeem uitgeschakeld
wordt.
Wilt u nog andere instellingen in dit menu
maken, druk dan op 
/
¤
D tot de in beeld
cursor 
➞ naast de gewenste instelling staat, of
op de regel 
BACK T O MASTER MENU
(terug naar hoofdmenu) en druk dan op instel-
len
F. Zijn er geen andere instellingen meer te
maken, druk dan op in-beeld display
L om
het menusysteem te verlaten.
Page of 42
Display

Click on the first or last page to see other AVR 135 (serv.man11) service manuals if exist.